Gratis demo

Uncategoried

De Big Tasty gaat op vakantie… en social media is er blij mee

Het is niet de eerste keer dat de Big Tasty er even tussenuit knijpt. In 2011 werd hij ook al eens halverwege het jaar doorgekrast op de menukaart. McDonald’s koos er toen voor om dat niet aan de grote klok te hangen. Mensen kwamen er daardoor langzaam maar zeker zelf achter, en werden bij het bestellen negatief verrast: de Big Tasty pronkte niet meer tussen de Big Mac en McChicken. Dat leverde op social media toen langdurige buzz op, met vooral negatief sentiment (24% negatief versus 12% positief):

grafiek a

Waarschijnlijk koos McDonald’s er mede daarom voor om de tijdelijke exit van de burger ditmaal anders aan te pakken. Het bedrijf maakte het slechte nieuws zelf wereldkundig via social media. Verpakt in een knipoog, waarmee McDonald’s zelf invloed kreeg op de tone-of-voice van de discussie:

mcdonaldspost

De fastfoodketen had haar publiek goed ingeschat, want de post bleek hetzelfde soort reacties uit te lokken:

reactiemcdonalds
Meer grappige en emotionele reacties op deze post van McDonald’s vind je bij De Beste Social

Als het de strategie van McDonald’s was om een lange discussie en overwegend negatief sentiment te vermijden, dan zijn ze daarin geslaagd. Onze sentimentsanalyse laat zien dat er vorige week zelfs iets meer positieve dan negatieve berichten verschenen rond het ‘tot ziens’ van Big Tasty:

mcdonalds2

Dan de brandende vraag: waarom besluit McDonald’s in vredesnaam om zo’n populaire burger op vakantie te sturen? Dat blijft gissen, maar wij denken dat we een deel van het antwoord hieronder terugvinden in Coosto. Het gejuich om de terugkeer van de Big Tasty in april 2012 was vele malen groter dan het verdriet om het vertrek.

mcdonalds3

Je weet immers pas wat je hebt, als het er niet meer is, toch?

 

Uncategoried

Deze 6 Nederlandse bedrijven weten wel raad met Instagram

Daar niks nieuws onder de horizon. 

Al een tijdje weten steeds meer bedrijven de weg naar Instagram te vinden. Maar wat doe je met het platform? Ga je hetzelfde verhaal vertellen als op al je andere social kanalen? Of toch een andere invalshoek? Het kan best lastig zijn om tot een strakke Insta-feed te komen. Daarom helpen wij je even op weg. We selecteerden 6 verschillende Nederlandse bedrijven op Instagram om je te inspireren. Geen dank! 

1. Coolblue

Alles voor een glimlach. En die pay-off maakt Coolblue ook waar op Instagram. Ze plaatst verschillende soorten content. Winacties, productfilmpjes, bedrijfsweetjes maar ook ‘behind the scenes’-foto’s. Eén ding komt in ieder geval terug in de feed: de kleuren blauw en oranje. En laat dat nou nét de kleuren van Coolblue zijn. Looking good guys!
 

Instagram Coolblue

 

2. ING Nederland

De mobielste bank van Nederland kan natuurlijk ook niet achterblijven op Instagram. ING Nederland vertelt op Instagram verhalen van ondernemers, maar laat ook zien dat ze maatschappelijke initiatieven steunt. Als we een stukje terug scrollen in de feed, zien we veel foto’s voorbij komen van mooie plekken in Nederland. Ingezonden door volgers. Deze user generated content heeft zijn eigen hashtag gekregen: #dichtbijNL. Een goed voorbeeld hoe je volgers kan betrekken bij contentcreatie. 
 

Instagram_ING

 

3. Heineken NL

Als er één bedrijf goed is in het creëren van creatieve uitingen, dan is het wel Heineken. Ook op Instagram maakt het biermerk dat waar. De bijschriften zijn gevat, de beelden creatief (‘Beercause of you’: moet ik nog meer zeggen?) én consistent. Elk beeld ademt Heineken. Strak!
 

Instagram_Heineken

 

4. Philips

Philips zet Instagram in om een verhaal te vertellen. Ze wil inspireren, volgers aan het denken zetten. Dankzij de hashtag #aBetterNow creëren ze een rode draad door de content. Verschillende campagnes (en dus ook beelden) blijven zo dezelfde boodschap uitdragen.
 

Instagram_Philips

5. KLM

Een echt kijkje in de keuken. Of eigenlijk: vliegtuig. KLM gebruikt hier - heel slim - haar eigen medewerkers voor. Van piloot tot aan stewardess en van vliegtuigslepers tot aan stagiairs. Op die manier kunnen volgers een héél klein beetje dat KLM-blauwe gevoel ervaren. Met zo’n feed is KLM ook op Instagram ready for takeoff!
 

Instagram_KLM

 

6. Albert Heijn

Ook Albert Heijn maakt dankbaar gebruik van user generated content. Ze zoekt proactief gebruikers op die foto’s posten met #albertheijn tags, om vervolgens die content te regrammen. Daarnaast probeert ze volgers te inspireren door foto’s te plaatsen van de meest smakelijke gerechten. Inclusief het recept. Honger!
 

Instagram_AlbertHeijn

 

De 6 bedrijven leren ons dat je Instagram op veel verschillende manieren kan inzetten. Van user generated content tot aan het delen van recepten en van winacties tot aan het delen van ‘kijkje-in-de-keuken’ foto’s. Wat we vooral niet terugzien, is harde verkoop (‘Koop mij!’). Waarom niet? Simpelweg omdat Instagram zich hier niet voor leent. Met beelden wil je inspireren, een verhaal vertellen om zo onder de aandacht te komen bij je doelgroep. Deze 6 bedrijven gebruiken Instagram misschien op verschillende manieren, ze hebben één gemeenschappelijke deler: ze vertellen het verhaal van de organisatie. En dat is wat telt.

Genoeg inspiratie opgedaan? Heb je misschien al een Instagram account voor je bedrijf? Of is die nog in de maak? In beide gevallen is het Handboek Instagram echt wat voor jou. We vertellen je daarin alles over Instagram en geven je concrete handvatten hoe je het platform zelf optimaal kan inzetten voor je bedrijf. 

 

Uncategoried

Wat marketeers kunnen leren van viralmachine Arjen Lubach

Of mensen nu geloofden dat de serie er echt aankwam, of ervan overtuigd waren dat het een door fans gemaakte video betrof: er werd over gepraat. Er werd véél over gepraat. Analyse in Coosto leert dat de discussie rond Westeros meer dan 10 miljoen mensen bereikte. Toegegeven, niet iedere marketing- of communicatieprofessional heeft de redactie en het budget tot zijn beschikking om dergelijke professionele video’s te maken. Maar ook op kleinere schaal zijn er wel degelijk dingen die we kunnen leren van de viralmachine die Arjen Lubach heet:

1. Kennis over je publiek is het startpunt

In de kern zijn de virals van Lubach extreem goed gelukte inhakers. Een inhaker is een manier om als bedrijf of merk in te spelen op een al bestaande discussie. Zo’n inhaker begint bij kennis van onderwerpen die voor je publiek relevant zijn. Omdat het potentiële publiek van Zondag met Lubach zeer breed en groot is, is het logisch dat het programma telkens kiest voor actualiteiten die een groot deel van Nederland bezighouden: de verkiezingen in de VS, de verkiezingen in Nederland en nu dus Game of Thrones.

Waarschijnlijk heeft jouw organisatie een wat specifiekere doelgroep. Ook dan kunnen inhakers op een goedkope manier bereik opleveren. Is jouw specifieke doelgroep bijvoorbeeld begaan met een bepaald evenement? Hebben de mensen binnen je doelgroep gemeenschappelijke interesses? Probeer er op een originele manier op in te haken. Via social media monitoring tools kun je die interesses achterhalen. Vind wie er praat over jouw merk en onderzoek wat hen nog meer bezighoudt.

{"preview_thumbnail":"https://www.coosto.com/sites/default/files/styles/video_embed_wysiwyg_preview/public/video_thumbnails/JPVIJlKfAOs.jpg?itok=h59LjUm2","video_url":"https://www.youtube.com/watch?v=JPVIJlKfAOs","settings":{"responsive":1,"width":"854","height":"480","autoplay":0},"settings_summary":["Embedded Video (Responsive)."]}

2. Timing is de sleutel

Weten wat je publiek bezighoudt is een goede eerste stap, maar zonder timing is je inhaker bij voorbaat waardeloos. De video van ‘Netherlands second’ was spot-on, maar ik kan je op een briefje geven dat hij niets had opgeleverd als hij op dit moment was uitgezonden. Soms is de timing heel gemakkelijk te bepalen. Sommige feestdagen of evenementen kun je namelijk al van verre zien aankomen. Denk aan Koningsdag, de Nijmeegse Vierdaagse of Carnaval.

Maar meestal ligt het wat gecompliceerder dan dat. Neem dit voorbeeld van Lubach en Game of Thrones. Game of Thrones is een tv-serie die draait vanaf 2011 en al 7 seizoenen kent. De online buzz rond de show fluctueert sterk, en als je besluit erop in te haken is het essentieel om het verloop van het gesprek in kaart te brengen, zodat je pieken kunt voorspellen. Lubach koos ervoor om zijn video een dag na de laatste aflevering te publiceren (29 augustus). Die keuze heeft uitstekend gewerkt. Hoewel de data uit Coosto laat zien dat Game of Thrones rond de eerste aflevering van het seizoen (17 juli) een nog hotter topic was, zou die timing niet goed hebben aangesloten op het nieuwe seizoen van Zondag met Lubach. Het was voor de redactie zaak om het snijpunt te vinden tussen product (eerste aflevering Zondag met Lubach) en pieken in het online gesprek (Game of Thrones in dit geval). Dat hebben ze feilloos gedaan als je het mij vraagt. 

Activiteit en sentiment met betrekking tot de serie Game of Thrones
Activiteit en sentiment met betrekking tot de serie Game of Thrones

 

3. Influencers zijn de motor van je viral

Een video is pas een viral video als hij veel wordt gedeeld. Betekent dat dat je rustig op je stoel kunt zitten wachten op de eerste ‘shares’ en ‘likes’? Absoluut niet. Hopen dat je video toevallig wordt opgepikt door iemand met een groot bereik en veel invloed, levert je doorgaans niet veel op. Dat lijkt de redactie van Zondag met Lubach ook te hebben begrepen. Slechts een paar uur na de upload op YouTube werd de video gedeeld door Blendle-oprichter Alexander Klöpping en Jan Böhmermann, een comedian die in Duitsland een soortgelijk programma als Zondag met Lubach presenteert.

WESTEROS THE SERIES - YouTube. Is dit echt? https://t.co/bQLtBr0wWD

— Alexander Klöpping (@AlexanderNL) 29 augustus 2017

 

Zij hebben zich in het afgelopen jaar al vaker positief uitgelaten over Zondag met Lubach en ze hebben een indrukwekkend aantal volgers. Kortom: het zijn belangrijke influencers voor Zondag met Lubach. Of de redactie hen daadwerkelijk heeft benaderd om de online buzz rond de video aan te wakkeren laat zich raden, maar het zou een goede en logische zet zijn geweest.

Ook dit kun je zelf op kleinere schaal aanpakken. Weet je wie er praat over je merk of bedrijf? Zorg dat je daar achter komt, en ga vervolgens na wie van hen een groot bereik heeft en wie veel invloed heeft op jouw publiek. Werk aan een duurzame band met deze influencers, zodat je hen zonder schroom kunt benaderen als je een keer een scoop of exclusieve content te bieden hebt.

Ik kan je niet beloven dat je inhakers de successen van Arjen Lubach gaan evenaren, maar door ze al in de voorbereidende fase professioneel uit te denken, kun je ook op jouw schaal mooie resultaten boeken. En wie weet, misschien kun jij je binnenkort ook met recht een viralmachine noemen. 

 

Uncategorized

Swapfiets & Coosto: zo gebruik je contentmarketing voor een herkenbare brand story

 

Wil je duurzame groei en trouwe klanten? Deel dan vooral je merkverhaal, niet alleen productinformatie. Want uiteindelijk kan elke concurrent je product of dienst verkopen, maar niemand kan jouw merk zijn. Onze klant Swapfiets legde op SocialToday hoe zij hun merkverhaal vormgeven en delen met behulp van content & social media. Zo pakten zij hun strategie aan:

1. Why formuleren

Zet je bestaansrecht of visie op papier. Dat klinkt wat direct, maar het is belangrijk om expliciet te maken waarom jij vindt dat jouw organisatie een plaats verdient in onze samenleving. Deze 'why' biedt uiteindelijk het framework van waaruit je kunt gaan communiceren. 

2. Doelgroepen definiëren

Wie is nu precies je doelgroep? Als je wil zorgen dat je aandacht krijgt van je doelgroep, moet je wel weten waar die doelgroep te vinden is en waar die ontvankelijk voor is. Hier pas je uiteindelijk je taalgebruik op aan, je kanalen, je boodschap, je middelen: eigenlijk ook een extra kader voor je communicatie, dus. 

3. Doelen stellen

Het maakt nogal uit of je puur je merkbekendheid wil vergroten, conversies wilt behalen of juist je merkimago een extra lading wilt geven. Door deze van tevoren te noteren, breng je focus aan in je werk. 

4. Message house & brandbook maken

Na de eerste drie stappen begin je duidelijk met het maken van keuzes. Je zet binnen je 'message house' als het ware pijlers op, die dienen als de inhoudelijke thema's waarover je kunt gaan communiceren. Door hier algemene principes aan te koppelen (bijvoorbeeld 'kwaliteit boven kwantiteit') kun je in het vervolg van je social media strategie heel gemakkelijk knopen doorhakken. Kies je bijvoorbeeld een influencer met veel bereik of juist een die heel authentiek is? Het brandbook gaat daarbij in op de vorm: tone-of-voice, huisstijl, richtlijnen voor fotografie, enzovoort. Let op: deze zaken blijven zich doorontwikkelen. 

5. Contentcreatie inrichten

Zorg ervoor dat je een plan maakt hoe de content gecreëerd wordt. Doe je dat zelf? Besteed je het uit? Hoeveel content wordt gemaakt? Wanneer? Door wie? Hoe ga je om met user generated content? Het zou zonde zijn als je social media strategie alleen op papier blijft bestaan. Met deze stap komt je content tot leven, en wordt er concreet geleverd. 

6. De juiste tools kiezen

Zonder de juiste tooling is contentmarketing met social media eigenlijk volledig onwerkbaar. Zeker als je zoals Swapfiets in 9 landen actief bent, met elk een eigen account, in een eigen taal... dan moet je gaan voor het beste van het beste om het behapbaar te houden. Swapfiets heeft daarom voor Coosto gekozen. Dat werkt voor hen ideaal om social content in te plannen en een community te managen. Swapfiets krijgt als servicebedrijf namelijk ontzettend veel berichten, vragen en opmerkingen. Met Coosto weten ze alles gestroomlijnd af te handelen. 

Uncategorized

Het succes van Student Generated Content bij TU/e

Van analyses tot social listening, webcare en publishing: TU/e maakt al bijna 6 jaar gebruik van Coosto voor haar volledige social media management. Pascal Appel is als social media manager de drijvende kracht achter de social media strategie van de universiteit. Zijn doel? TU/e bij studenten, medewerkers en andere stakeholders op de kaart zetten.

banner Pascal Appel TU/e Coosto

Is die social media strategie nog belangrijker geworden, nu de campus leeg is en iedereen thuis zit?

Pascal: “Nou ja, op het gebied van social media waren we natuurlijk niet anders gewend. Maar het is op z’n zachtst gezegd een zeer bijzondere realiteit waar we mee te maken hebben. Een situatie die bovendien regelmatig wijzigt. Wel of geen lockdown, wel of geen avondklok... elke aanpassing heeft impact op ons onderwijs en onderzoek. Dat houdt in dat we onze studenten wel heel vaak moeten informeren over veranderingen. Om dat voor iedereen overzichtelijk te houden, hebben we vanaf het begin besloten slechts 2 hoofdkanalen voor deze communicatie te gebruiken: mail en WhatsApp. Wekelijks ontvangen studenten en medewerkers informatieve updates via mail, en het laagdrempelige WhatsApp-nummer staat altijd open voor vragen.

Daarin merken we vooral hoe moeilijk het is om snel én volledig te zijn. Het liefst zouden we direct na elke persconferentie een uitgebreide Q&A mailen, maar dat is helaas niet realistisch. Ook wij worden immers soms verrast door nieuwe maatregelen.”

 

Maar je kunt nieuwe informatie ook niet te lang uitstellen, toch?

“Nee, dat is zo. Als we te lang zouden wachten, zou er onrust bij studenten kunnen ontstaan en neemt het aantal binnenkomende vragen via WhatsApp toe. Toch helpt het ook niet om direct te publiceren, als je daarbij nog niets inhoudelijks kunt melden. Daarom is de balans zo belangrijk: we proberen in zo kort mogelijke tijd een zo compleet mogelijk verhaal te delen. Vragen die in de tussentijd via WhatsApp binnenkomen, kunnen we zo direct gebruiken om de boodschap aan te vullen, en daarmee het aantal nieuwe vragen te verminderen. Luisteren, zenden, luisteren, zenden… Zo versterken die twee kanalen elkaar.“

“WhatsApp is voor ons niet alleen een servicekanaal. Het heeft ook een belangrijke signalerende functie.”

“Wat dat betreft heeft WhatsApp voor ons een belangrijke, signalerende functie. Zeker omdat er onvermijdelijk uitzonderingen zijn die je over het hoofd ziet. Neem de lockdown, bijvoorbeeld. We kregen daarop direct een heleboel vragen: ‘Gaan mijn tentamens dan niet door?’ was een logische. Maar ook: ‘Ik woon in een rumoerig studentenhuis met 15 huisgenoten. Mijn thuissituatie laat het simpelweg niet toe om een online tentamen thuis te maken.’ Bij dat laatste geval hadden we zelf nog niet stilgestaan, maar door WhatsApp konden we er alsnog rekening mee houden in onze mails.”

 

Is heldere informatie dan de sleutel tot betrokkenheid in deze tijden?

“Niet alleen heldere informatie. We realiseren ons als geen ander dat studeren meer is dan papers lezen en weten wanneer je tentamen plaatsvindt. We proberen daarom ook digitaal – waar mogelijk – wat beleving terug te brengen, en iedereen weer een beetje te laten proeven van het studentenleven.”

We can only imagine how much you miss campus. But believe us, we miss it just as much. And we can't wait to be back there again, with all of you, to make new memories. ???? pic.twitter.com/k9Qn6FlJhX

— TU Eindhoven (@TUeindhoven) January 13, 2021

 

Wat is de rol van studenten zelf in die beleving?

“Zij hebben bij TU/e een centrale rol in de communicatie. Zeker in de studentenwerving zijn ze ontzettend waardevol; wie kan nu beter vertellen hoe het reilt en zeilt op onze campus dan een student zelf? Daarin zijn we als TU/e natuurlijk niet uniek. Iedere universiteit en hogeschool vraagt studenten een steentje bij te dragen op open dagen of voorlichtingsavonden.

Toch zagen we ook dat een steeds groter deel van het oriëntatieproces van aanstaande studenten buiten die georganiseerde wervingsmomenten plaatsvindt. Online, op social media. Dat geldt al helemaal voor de grote groep buitenlandse studenten die zich ieder jaar bij TU/e aanmeldt, en die meestal überhaupt geen gelegenheid had om een open dag te bezoeken - ook niet vóór corona.

Daarom bedachten we een manier om onze huidige studenten ook op social media te laten uitdragen hoe hun studentenleven eruitziet. Concreet was het plan om elke week een andere student ons TU/e-Instagramaccount te laten overnemen. Die student zou dan alles over zijn of haar belevenissen in die week delen. Dat mocht studiegerelateerd zijn, maar het hoefde zeker niet. Hobby’s, uitgaan, sporten, reizen: alles mag. Nou, dat plan hebben we destijds uitgewerkt, en inmiddels verzorgen studenten al 3,5 jaar al onze Instagram-content.”

Leestip: Hoe TU/e influencers maakt van haar internationale doelgroep

 

 

 

 

Dit bericht bekijken op Instagram

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Een bericht gedeeld door TU Eindhoven (@tueindhoven)

 

Was het niet doodeng om de regie over zo’n belangrijk organisatieaccount uit handen te geven?

“Haha, in eerste instantie denk je natuurlijk wel na over wat er allemaal mis kan gaan. Maar we hebben tegelijkertijd veel risico’s zo klein mogelijk gemaakt.

Zo zijn we voorzichtig gestart, met studenten die bijvoorbeeld al een bijdrage leverden op voorlichtingsavonden. Zij wisten al goed wat het inhoudt om voor even het visitekaartje van de universiteit te zijn. Maar we merkten al snel dat ook andere studenten dat verantwoordelijkheidsgevoel krijgen zodra ze eenmaal achter de knoppen zitten van ‘hun’ universiteit op Instagram. Het is in al die jaren nog nooit echt misgegaan.”

“Bij een écht inkijkje in het studentenleven horen rafelrandjes.”

 

Het format werkt, getuige de indrukwekkende interactieratio’s en stijgende volgersaantallen. Wat is volgens jou de kracht van jullie Student Generated Content?

“Authenticiteit, zonder enige twijfel. Ik begrijp de neiging van communicatieafdelingen om user generated content te modereren of regisseren, zodat die nét wat beter aansluit bij de boodschap die ze willen uitdragen. Maar ons format zou daardoor als een kaartenhuis instorten.

De kracht is dat potentiële studenten van over de hele wereld een inkijkje in het échte TU/e-studentenleven krijgen. En ja, daar horen rafelrandjes bij. We willen studenten daarom ook niet in een keurslijf stoppen. We hebben geen harde regels, en alleen een paar richtlijnen waarin we uitleggen wat we willen bereiken met het format.

Dat authentieke en persoonlijke past bij onze kernwaarden. Dat zie je ook terug in onze webcare, bijvoorbeeld. We hebben er heel bewust voor gekozen om ook daar studenten achter de knoppen te zetten, en geen gebruik te maken van chatbots.

Soms voelen we zelf heel even de verleiding om het grote bereik op Instagram te gebruiken voor content vanuit de organisatie, maar we houden ons gelukkig in. We moeten blijven beseffen hoe dat bereik is opgebouwd, en waarom mensen ons ooit zijn gaan volgen op Instagram. Dat is puur om de content van onze studenten, en die moeten we blijven bieden.”

 

 

 

 

Dit bericht bekijken op Instagram

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Een bericht gedeeld door TU Eindhoven (@tueindhoven)

 

Hoe krijg je studenten zover om zo’n Instagram takeover te doen?

“Haha, dat is niet zo moeilijk: studenten melden zichzelf! De wachtlijst voor het beheren van ons Instagram-account puilt uit. De planning zit op dit moment al vol tot komende zomer, en er is een heuse wachtlijst.

Die populariteit heeft enerzijds te maken met het podium dat we studenten te bieden hebben. Het is voor veel studenten natuurlijk best een aantrekkelijke gedachte om een week lang in de schijnwerpers te staan voor een publiek van ruim 17 duizend volgers.

“De wachtlijst voor het beheren van ons Instagram-account puilt uit. De planning zit al vol tot komende zomer.”

Daarnaast is trots een belangrijke factor. We horen van veel studenten dat ze het een eer vinden om hun universiteit op social media te vertegenwoordigen. En dan heb je nog het domino-effect: toen er één schaap over de dam was, volgden er meer. Als je ziet dat een vriend of studiegenoot met veel plezier een takeover heeft gedaan, zet je misschien zelf ook sneller de stap.”

 

 

 

 

Dit bericht bekijken op Instagram

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Een bericht gedeeld door TU Eindhoven (@tueindhoven)

 

Waarom heb je eigenlijk specifiek voor Instagram gekozen?

“We hebben voor elk social media kanaal specifieke KPI’s en doelen voor het publiek dat we er kunnen vinden. Zo gebruiken we Twitter voornamelijk als corporate spreekbuis, en is Facebook in de laatste jaren een soort interne community geworden. Op Instagram zagen en zien we vooral mogelijkheden om de studiekiezer te bereiken. Die kans hebben we met dit format met beide handen aangegrepen.”

 

En, welke kansen wil je in de toekomst nog gaan aangrijpen?

“We willen heel graag thought leader zijn binnen onze onderzoeks- en onderwijsgebieden. Daar geven we op dit moment ook invulling aan, al gebeurt dat vrij traditioneel. Wij zijn zelf de agenda setters, wij delen uitkomsten van onderzoeken die we als universiteit zelf bedacht en uitgevoerd hebben. Met die content gaan we vervolgens de social media bühne op, en hopen we op respons. Dat werkt vaak goed, maar het is nog steeds vrij zendgericht.

We hebben de ambitie om die agenda settende rol in de komende tijd ook bij een breed publiek in binnen- en buitenland neer te leggen. ‘Zeg het maar: waar wil je meer over weten? Wat vind je interessant? Dan zoeken wij het voor je uit’. Vraaggestuurde content. Daar ligt volgens mij een mooie toekomst voor social media bij universiteiten.”

Uncategorized

Content batching: de ideale methode om tijd te besparen met social media

Wat is content batching?

Content batching baseert zich op het idee dat we veel efficiënter en doelgerichter werken als we ons een bepaalde tijd volledig kunnen wijden aan één specifieke taak. Het batchen van content houdt daarom kort gezegd in dat je (social media) content creëert in blokken. De term is afgeleid van het Engelse batch, dat ‘stapel’, ‘bulk’ of ‘reeks’ betekent.

In de praktijk zijn er maar weinig mensen die batching toepassen in hun dagelijkse werk; een groot deel leest en beantwoordt e-mails de hele dag door, houdt zich met 101 dingen tegelijk bezig en laat zich continu door interne communicatiekanalen afleiden – zeker bij thuiswerken.

Hetzelfde geldt voor de creatie van social media content. Voor sommige marketingcommunicatieprofessionals is social media management nog altijd een ad hoc-taak. “Oh ja, we moeten daar ook nog een social media post aan wijden”, “Heeft iemand nog een idee voor een interessante video?“ en “Ik bedenk zometeen wel even een Instagram-post voor morgen” zijn ongetwijfeld herkenbare quotes.

Door content batching toe te passen, ren je niet meer continu achter de feiten aan, en neem je de controle weer stevig in eigen handen. Dat levert tal van voordelen op…

 

Welke voordelen heeft content batching?

1. Je bespaart tot wel 75% van je tijd

Allereerst, en de titel van het artikel verraadde dit belangrijkste voordeel al, helpt content batching je ontzettend veel tijd te besparen. Onze ervaring leert dat dit kan oplopen tot wel 75% van de tijd die je in totaal investeert in content en social media.

Dat zit zo. Een belangrijk deel van de benodigde tijd voor de totstandkoming van content, gaat zitten in het proces om de daadwerkelijke creatie heen. Een brainstorm organiseren, Googlen of met media monitoring inspiratie opdoen voor potentiële onderwerpen, een idee vaststellen, en de uiteindelijke content publiceren op je site of verspreiden via social media.

Wat wil nu het geval? Als je content lineair creëert (zeg maar ‘tussen de bedrijven door’), moet je dat randproces telkens opnieuw opstarten. 5 stukken content creëren betekent 5x nadenken over een onderwerp, 5x zoeken, 5x publiceren. Het creatieproces zal ongeveer even lang duren, maar juist die randzaken zijn veel efficiënter te organiseren als je aan content batching doet. Je hoeft dan maar 1x te brainstormen, 1x te zoeken, 1x in te plannen op social media. Hoe meer content je maakt, hoe meer tijd je kunt besparen met content batching.

grafiek content batching

Je wordt bovendien niet continu afgeleid en kan veel geconcentreerder met je werk bezig zijn, waardoor de contentcreatie zelf ook minder tijd vergt.

2. Je bewaakt je strategie

Een ander belangrijk voordeel van content batching is dat de methodiek je helpt om je aan je eigen strategie te houden.

Als je social media content op verschillende momenten en onder hoge tijdsdruk maakt, ligt het gevaar op de loer dat je content een incoherente brij aan losse posts, video’s of artikelen wordt. Er is dan geen logische lijn of duidelijk doel meer in te herkennen. Content batching impliceert echter dat je content planmatig bedenkt en vooruitwerkt, waardoor je niet meer met afgeraffelde content op de proppen komt. Alle content wordt immers bedacht in één en dezelfde sessie, en zal daardoor automatisch consequent zijn en bijdragen aan het doel dat je tijdens die sessie voor ogen hebt.

3. Je voorkomt excuses

Hét grote nadeel van content & social media management als ad hoc-taak te beschouwen: als puntje bij paaltje komt, is er altijd wel iets dat tóch even urgenter is dan die zo gewaardeerde content van jou.

Gevolg: contentcreatie schiet er vaak bij in. En dan zal je wellicht denken: ‘Ach, één keer een social media post of artikeltje meer of minder. Dat zal toch niet zo’n ramp zijn?’ Daar heb je misschien een punt. Maar heel eerlijk: de kans is klein dat het bij die ene keer blijft, als je social media en content niet gestructureerd gaat aanpakken.

Content batching voorkomt dat probleem, doordat je een vast moment prikt waarop je met content bezig bent. Je neemt daardoor de regie over je eigen agenda terug.

 

Hoe pak je content batching aan?

De methodiek achter content batching is vrij eenvoudig, maar het is belangrijk dat je eerst je basis op orde hebt. Dat betekent dat je een social media strategie moet hebben op basis waarvan je tijdens sessies content kunt gaan creëren. Het helpt om, net als Swapfiets bijvoorbeeld, vaste pijlers of thema’s te definiëren waar je jouw boodschap aan kunt ophangen. Dat zorgt voor focus en herkenbaarheid in de uiteindelijke uitvoering.

Als je die basis hebt, kun je van start gaan:

1. Kies een vaste dag of tijdsperiode in je agenda

Afhankelijk van de hoeveelheid content die je wil produceren, plan je dit moment dagelijks, wekelijks of hooguit maandelijks.

2. Blokkeer deze tijdsperiodes in je agenda

Zet deze momenten herhaaldelijk als ‘bezet’ in je agenda, zodat je zeker weet dat je contentproces tijd en prioriteit krijgt.

3. Bepaal de planning en bedenk je ideeën

Bepaal je onderwerpen en bedenk de concrete ideeën binnen het kader van je social media strategie. Deze contentmatrix is een effectieve brainstorm-methode om gegarandeerd op veel ideeën uit te komen. Extra tip: schrijf je ideeën voor je video, blog of social post op. Dat geeft meestal al direct een indruk van de insteek, doelgroep en het doel van je content.

4. Creëer de content (voor zover dat al mogelijk is)

Het is niet altijd mogelijk, maar probeer de content al zoveel mogelijk uit te werken. Schrijf die social media post dus maar gewoon alvast. Typ je blogartikel. Zet je video in elkaar. Zo voorkom je dat je sessie alleen een soort redactievergadering is, en lever je direct output.

Uitgebreide content die langer duurt (of die door externe partijen wordt gecreëerd), kun je overslaan en na je sessie uitwerken.

5. Plan je content in binnen je CMS of social media

Plan je content direct in. De meeste content management systemen hebben wel een functie waarmee je een artikel kunt klaarzetten met een geplande publicatiedatum of -tijd. Hetzelfde geldt voor de contentkalender in Coosto. Plan je social media posts in voor de hele week of de hele maand, en je bent klaar! Een hele week of maand aan content in één sessie bedacht, gecreëerd en ingepland. Dat voelt goed!

Tip: content die je al wel hebt bedacht, maar nog niet hebt gecreëerd, kun je als memo in Coosto zetten op je gewenste publicatiedatum. Zo heb je hem wel alvast ingepland.

 

coosto contentkalender

 

Wat heb je nodig voor content batching?

Het belangrijkste bij content batching is dat je beschikt over de tools die je in staat stellen om vooruit te werken. Een contentkalender die je helpt social media daadwerkelijk in te plannen en te publiceren met je collega’s, is een must.

Bij Coosto hebben we ons platform daarom volledig ingericht op dit proces van content batching. Zo kun je posts gemakkelijk kopiëren, herhalen, vragen om goedkeuring van een collega, en ze razendsnel inplannen, tot maanden of zelfs een heel jaar vooruit.

 

Waar moet je op letten bij content batching?

Het is een heerlijk gevoel om voorbereid te zijn en te weten dat je een week of maand vooruitgewerkt hebt met behulp van content batching. Maar ook dan ben je nog niet helemáál klaar.

Het is namelijk altijd belangrijk om flexibel te blijven. Niet alle content is tenslotte vooruit te plannen. Wat dacht je bijvoorbeeld van inhakers op actueel nieuws? Of content die je moet aanpassen vanwege onverwachte omstandigheden in je organisatie of de maatschappij (denk aan COVID-19, bijvoorbeeld).

Daarnaast is het natuurlijk belangrijk om te blijven beseffen dat social media en content tweerichtingsverkeer zijn. Je moet scherp zijn op community management: reacties monitoren, de interactie aangaan, vragen tijdig beantwoorden, je community activeren. Alleen zo zorg je ervoor dat je content echt gaat resoneren.

En dan, last but not least: Denk er ook aan om eens in de zoveel tijd je contentprestaties te analyseren, zodat je de resultaten in een volgende sessie kunt meenemen om nóg betere content te maken.

Uncategorized

3 redenen waarom klantreviews essentieel zijn voor jouw organisatie

1. Online reviews verhogen je zichtbaarheid

Klantreviews kunnen je allereerst helpen om je online zichtbaarheid te vergroten. Dat heeft te maken met de berekeningen (algoritmes) die zoekmachines als Google en Bing gebruiken om hun resultaten weer te geven.

Reviews als signaal aan zoekmachines

Het is geen nieuws dat zoekmachines een breed scala aan signalen en factoren gebruiken om te bepalen welke webpagina bovenaan de resultaten komt te staan.

Het goede nieuws voor organisaties is dat een klantreview één van die signalen is. (Positieve) online reviews geven een sterk signaal aan zoekmachines af dat een bedrijf of pagina te vertrouwen is en expertise of autoriteit heeft. Zoekmachines waarderen deze pagina’s daardoor met een hogere positie in zoekresultaten.

Zeker in lokale zoekopdrachten worden reviews als signaalwaarde gebruikt om de meest geschikte bedrijven te tonen. Google bijvoorbeeld eens op ‘kledingreparatie’, en je gaat zien dat positief en veelvuldig beoordeelde kledingreparatiebedrijven bij jou in de buurt hoog in de resultaten staan.

Review snippets

Als je reviews uitvraagt op je eigen website, kun je nog profiteren van een ander zichtbaarheidsvoordeel: de bekende gele sterren bij zoekresultaten, onderdeel van Rich snippets. Deze sterren worden alleen weergegeven als je reviews uitvraagt per product of dienst. Google heeft dit in 2019 aangepast om de betrouwbaarheid van reviews te verhogen en de bezoeker een eerlijker beeld te geven.

Voorbeeld: Als verzekeraar vraag je geen feedback over jouw organisatie, maar over je aanbod (een autoverzekering, schadeverzekering of zorgverzekering). Het kan namelijk zijn dat je goed scoort op het afsluiten van een autoverzekering, maar klanten niet te spreken zijn over de prijzen van de zorgverzekering. Deze reviews worden daarom afzonderlijk weergegeven.

review-snippet
inshared review voorbeeld

2. Online reviews vergroten je geloofwaardigheid

Wat een ander zegt, ben je zelf.

Je kan met reclame en eigen content van de daken schreeuwen dat je de beste bent, maar uiteindelijk zijn klantreviews de belangrijkste bron van vertrouwen en geloofwaardigheid. De mening van bestaande of vorige klanten wordt in dat opzicht ook wel sociaal bewijs genoemd: klopt het wat een organisatie over zichzelf verkondigt?

"When you say it, it's marketing. When your customer says it, it's social proof." - Andy Crestodina

Consumenten wantrouwen bedrijven met beoordelingen van minder dan vier sterren. Bedrijven met hogere gemiddelde beoordelingen hebben juist een significant grotere kans dat zoekresultaten worden omgezet naar meer websiteverkeer en verkoop.

De manier waarop klanten over je praten, is daarom minstens zo belangrijk als je zichtbaarheid. Heel zichtbaar zijn met negatieve reviews levert je immers niets op.

Jouw reactie telt ook

Hoe goed je dienstverlening ook is: ieder bedrijf krijgt vroeg of laat een negatieve review. Dat is geen ramp. Het gaat er vooral om dat je recensies actief oppakt. Sterker nog, een klacht geeft juist een opening om in contact te komen met een ontevreden klant. Dat is een stuk prettiger dan een klant die zó weinig vertrouwen in je heeft, dat hij met de noorderzon vertrekt.

Reageer daarom altijd op reviews. Zo kun je aan de buitenwereld (lees: de mensen die reviews lezen) laten zien dat je naar je klanten luistert. Bedank mensen voor leuke reviews en probeer klachten juist op te lossen.

Boos worden om een onterechte negatieve beoordeling is verleidelijk, maar werkt altijd averechts. Zie jouw reactie vooral als kans om aan anderen te laten zien hoe servicegericht en klantvriendelijk je bent. Want ja: niet alleen de recensie maar ook jouw reactie is zichtbaar voor potentiële klanten.

 

Perfectie wekt argwaan

Haalt een 1-sterren-review je perfecte 5-sterren-score omlaag? Vervelend, maar laat je troosten door deze wetenschap: mensen wantrouwen ‘te perfecte’ bedrijven. 5 sterren? Dat lijkt bijna te mooi om waar te zijn.

Consumenten weten heus wel dat elk bedrijf een keer een foutje maakt, en kijken in hun zoektocht vooral naar de manier waarop problemen worden opgelost. Het is daarom niet verwonderlijk dat positieve (maar niet perfecte!) reviews tussen 4,2 en 4,5 sterren de meest positieve invloed op aankopen hebben.

Blijf op de hoogte van nieuwe reviews

Snelheid is ook een belangrijk aspect. Je kunt een klacht niet wekenlang onbeantwoord laten. Om altijd en direct op de hoogte te blijven van wat er over je merk gezegd wordt, kun je gebruik maken van een social media management tool, zoals Coosto. Daarmee houd je een overzicht van de geplaatste reviews en kun je er sneller op reageren.

 

3. Online reviews zorgen voor reuring

Heel goede (óf slechte) recensies verspreiden zich snel. Er ontstaat een zeker domino-effect zodra je klanten aanmoedigt jouw organisatie te beoordelen. Goede beoordelingen lokken namelijk nieuwe klanten aan, die goede beoordelingen achterlaten, waardoor nog meer klanten worden aangetrokken, etc. (en vice versa).

Er kan zo een flow aan positiviteit of negativiteit rond je merk ontstaan. Je wordt veel besproken en geroemd om je goede service (bijvoorbeeld Coolblue) of verguisd om je gebrek daaraan (vul hier gerust een gruwelmerk uit je eigen ervaring in).

Wanneer mensen iets over je organisatie te zeggen hebben, is de kans bovendien groot dat ze hun beoordelingen op meerdere plaatsen delen, waaronder externe websites zoals TripAdvisor, TrustPilot en Google Reviews. Zo zie je dat de tevredenheid van een klant extra zwaar kan meewegen zodra hij of zij meerdere reviewsites weet te vinden.

Social proof op eigen site

Het is daarnaast verstandig om ook je eigen sitebezoekers wat social proof voor te schotelen, voor extra overtuigingskracht. Op je eigen site heb je er ook nog eens meer grip op dan op externe reviewplatformen.

Een tool als Insocial helpt je hiermee. Met Insocial stuur je surveys uit en geef je klanten de kans om op jouw eigen site een review achter te laten. Bevat een review ongepaste content of informatie? Dan kun je deze verbergen. Een review verwijderen of geheel niet mee laten tellen, is niet mogelijk. Je geeft daardoor altijd een eerlijk beeld, maar behoudt wel grip over de toon.

 

Transparante marketing

Klantreviews zijn eerlijk en transparant. Een bedrijf kan gelikte marketing- en sales-afdelingen hebben, maar als de dienstverlening of het product te wensen overlaat, ga je dat hoe dan ook terugzien in de reviews.

Dat is het mooie en waardevolle van reviews: ze verhullen niets en scheiden het kaf van het koren. Alleen de écht goede bedrijven komen door reviews bovendrijven.

Het is dus zeker aan te raden om in te zetten op online reviews in je marketingplan, maar bedenk wel dat goede bedrijfsvoering en tevreden klanten absolute voorwaarden zijn. Heb je die niet, dan kunnen die reviews behoorlijk in je nadeel werken…

Uncategorized

Onderzoek: contentmarketing & social media bij bedrijven in 2021

Daar heeft het Content Marketing Institute onlangs onderzoek naar gedaan, en wij delen de belangrijkste resultaten. Bekijk aan de hand van deze 7 conclusies hoe jouw bedrijf zich verhoudt tot de concurrentie.

Let op: onderstaand onderzoek is gericht op B2C-marketeers. Hier lees je de conclusies voor contentmarketing in B2B.

 

1. Contentmarketing blijft groeien ondanks COVID-19

De coronapandemie heeft ook op het gebied van B2C-contentmarketing voor de nodige aardverschuivingen gezorgd. Maar liefst 68% van de ondervraagde marketeers geeft aan de bestaande contentstrategie (volledig) te hebben aangepast naar aanleiding van COVID-19.

grafiek contentmarketing wijzigingen pandemie corona

63% noemt de boodschap of targeting van content als onderwerp van die verandering, 54% heeft wijzigingen aangebracht aan specifieke content, en 46% heeft de promotiestrategie van content aangepast. Minder dynamische factoren (producten, KPI’s, buyer persona’s en metrics) zijn in de meeste gevallen gelijk gebleven. Daarnaast opvallend: bijna de helft (43%) van de ondervraagden is ondanks de pandemie juist meer gaan investeren in social media en online communities.

27% contentmarketingteams is gegroeid

Dat laatste blijkt ook uit het feit dat contentmarketingteams in de meeste gevallen, ondanks corona, opvallend stabiel zijn gebleven. 27% van de ondervraagden stelt zelfs dat het aantal mensen dat zich binnen de organisatie bezighoudt met contentmarketing is gegroeid. Slechts 13% werkt in een kleiner team dan een jaar geleden.

 

2. Marketeers nemen het heft weer in eigen hand

Het is onduidelijk of het een gevolg is van de corona-pandemie, maar marketeers besteden steeds minder contentmarketing-werkzaamheden uit. Vorig jaar gaf 55% aan (delen van) hun contentmarketing te laten uitvoeren door externe partijen. Dit jaar is dat nog niet de helft: 49%.

Van de taken die uitbesteed worden, staat contentcreatie bovenaan, op grote afstand gevolgd door de verspreiding en het meten van content.

Analytics-tools winnen aan belang

B2C-marketeers voeren dus steeds meer werkzaamheden zelf uit. Gelukkig hoeven ze dat niet zonder hulp te doen, want een grote meerderheid laat zich ondersteunen door tools en technologieën.

gebruikte technologie contentmarketing

 

Vooral (web)analytics-tools zijn steeds belangrijker aan het worden. In 2019 maakte nog 71% van de contentmarketeers daar gebruik van, vorig jaar was dat al 83%, en nu is het zelfs de populairste technologie, met 85% van de contentmarketeers die één of meerdere analytics-tools gebruikt. Op plek 2 staat social media software (zoals Coosto), gevolgd door e-mailmarketingsoftware.

 

3. Social media blijft het belangrijkste kanaal voor content

Er is de laatste tijd veel gezegd en geschreven over social media. Doordat algoritmes het organische bereik sterk hebben ingeperkt in de afgelopen jaren, zouden platformen als Facebook, Twitter en Instagram steeds minder aantrekkelijk zijn geworden voor organisaties. Je bent als merk dan immers afhankelijk van een andere partij om je doelgroep te kunnen bereiken.

Toch blijkt die zogenaamde neergang van social media in de praktijk totaal onzichtbaar. Natuurlijk, uiteindelijk wil iedere marketeer het liefst zonder tussenkomst van een externe partij met zijn doelgroep communiceren (via e-mail bijvoorbeeld). Maar voor het vullen van die nieuwsbrieflijsten en andere rechtstreekse vormen van communicatie, blijft de unieke waarde van social media onmisbaar. 82% van de B2C-marketeers gebruikt ze om content te verspreiden.

grafiek distributiekanalen content

Facebook blijft nummer 1

Waar LinkedIn de absolute nummer 1 is in de B2B, blijkt Facebook dat nog altijd voor B2C te zijn. Hoewel TikTok een enorme opmars in gebruikersaantallen doormaakt, zijn er maar weinig marketeers die zich er al aan hebben gewaagd (4%). Ook Pinterest (29%) en Snapchat (10%) blijven achter.

Opvallend is de sterke groei van Instagram (van 74% naar 81%) en YouTube (van 62% naar 72%) ten opzichte van vorig jaar.

grafiek gebruikte social media platformen

 

4. Meer content, minder advertenties

Eerder concludeerden we dat er een sterke terugloop in het organisch bereik op social media heeft plaatsgevonden. Des te opvallender is het dat minder B2C-marketeers gebruik maken van betaalde contentverspreiding dan vorig jaar (van 85% vorig jaar, naar 72% nu).

Wellicht is dat een gevolg van de onzekerheid gedurende COVID-19, want we zien dat er überhaupt meer op contentmarketing wordt ingezet dan op betaalde strategieën. In 30% van de organisaties werden (delen van) advertentiebudgetten in het afgelopen jaar overgeheveld naar contentbudgetten.

Bij marketeers die in het afgelopen jaar weleens betaalden contentverspreiding, was social media advertising verreweg het populairst (91%). Ver daarachter volgen SEA (68%) en online banners (50%).

Van deze kanalen behaalden marketeers met social media advertising (45%) en SEA (31%) naar eigen zeggen de beste resultaten. Facebook en Instagram waren ruimschoots de populairste kanalen.

grafiek betaalde contentverspreiding social media

 

5. Focus op vertrouwen van huidige klanten

De meest opmerkelijke uitkomst van het onderzoek zit in de doelstellingen die marketeers met content hebben bereikt in het afgelopen jaar.

Vorige jaren werd content nog succesvol ingezet voor het genereren van leads en het ondersteunen van productlanceringen (new business). Sinds dit jaar zijn die doelstellingen veel minder belangrijk geworden, en zien we dat content vooral waarde biedt in het verdienen van geloofwaardigheid en het opbouwen van klantloyaliteit en een eigen publiek (existing business).

Er is dus een algemene verschuiving zichtbaar van focus op nieuwe klanten naar huidige klanten. Een verstandige zet in deze onzekere periode.

contentdoelen door de jaren heen

De metrics die contentmarketeers hanteren om te bepalen of ze doelstellingen behalen, zijn minder aan verandering onderhevig. Webverkeer, social media engagement en e-mailprestaties werden volop geanalyseerd. Slechts 33% van de ondervraagde marketeers volgt ook de PR/Earned media (mentions van een merk in een ander medium), waar dus nog heel wat valt te winnen.

 

6. Waarde is de sleutel tot succes

De theorieën blijven het tot in den treure herhalen, maar ook de praktijk wijst nu uit: content die échte waarde voor een publiek levert, is het meest succesvol. Van de marketeers die zichzelf succes met content toedichten, dankt 77% dat succes naar eigen zeggen aan de waarde die hun content levert. Website-veranderingen (nieuwe content, kwantiteit) staat op een 2e plek, gevolgd door SERP-posities.

grafiek succesfactoren content

 

7. Ambities op het gebied van creatie en community

Ambities zijn er volop in de wereld van contentmarketing. De vraag is in hoeverre ze ook daadwerkelijk behaald kunnen worden, aangezien 67% van de ondervraagden een langetermijneffect van COVID-19 verwacht.

Maar goed, dromen mag altijd. Het lijkt erop dat marketeers in de komende jaren nóg minder willen gaan uitbesteden. De belangrijkste taak die in veel gevallen aan externe bureaus werd overgelaten (contentcreatie) is namelijk ook het onderdeel waarin marketeers dit jaar willen gaan investeren. Daarnaast is social media management / community management voor 54% een belangrijk speerpunt, nog hoger dan de 39% van de B2B-marketeers die dat noemden als ambitie.

 

Practice what you preach

Al met al is het zeker geen slecht jaar voor B2C-contentmarketing. Veel bedrijven lijken in te zien dat content geen kostenpost is, maar misschien juist wel de reddingsboei om uit de coronacrisis te komen. We zien volop investeringen en marketeers die verstandige keuzes zeggen te maken. Als we met z’n allen het motto ‘practice what you preach’ aanhangen, gaat het met 2021 helemaal goed komen. We rapporteren de resultaten begin 2022!

Bekijk hier het volledige onderzoeksrapport:

Uncategorized

Creëer content die mensen raakt met deze 3 tips

1. Zorg dat jouw content past bij de motivatie

Met motivatie bedoelen we de intentie van je doelgroep. Wat wil jouw doelgroep bereiken met behulp van jouw content? Inspiratie, praktisch advies, kennis? Afhankelijk van de motivatie roept deze een andere emotie op. Wanneer je publiek bijvoorbeeld opzoek is naar inspiratie dan wil je met je content bijvoorbeeld ontzag of nieuwsgierigheid oproepen. Wanneer je doelgroep geïnteresseerd is in financieel nieuws dan wil je, afhankelijk van het nieuws, angst (waarschuwen) of geruststelling overbrengen.

Een goed voorbeeld van content die emotie oproept is de Meditatie-app Calm. Zij gebruiken rustgevende kleuren en zen-fotografie in hun content om een ontspannen, gefocust gevoel te creëren.

calm-pic

 

2. Vertel een herkenbaar, geloofwaardig verhaal

Een emotie of verbinding kun je niet afdwingen. Een verhaal moet echt zijn, anders vertrouwt je publiek het niet. Wanneer mensen je niet vertrouwen, negeren ze emoties die je met jouw content wil overbrengen. Helaas zijn we als consumenten snel wantrouwig doordat we gewend zijn geraakt aan manipulatieve reclametactieken. Om je doelgroep te binden, moet je verhaal relevant, herkenbaar en écht zijn.

Een voorbeeld van een écht en herkenbaar verhaal is de #DOESLIEF-campagne van SIRE. Met de campagne wilde SIRE mensen een spiegel voorhouden op hun gedrag. Zodat we bewuster zijn van ons gedrag en daardoor liever voor elkaar te zijn. Relevant vanwege de alledaagse voorbeelden en blijkbaar heel herkenbaar vanwege de talloze keren dat deze campagne en hashtag gedeeld zijn.

Een ander voorbeeld van een herkenbare, relevante en emotionele campagne is die van Coca-Cola. Coca-Cola wilde zet al jaren in op vrolijkheid en verbintenis van mensen. In het afgelopen jaar wilde het merk de mensen een hart onder de riem steken met de campagne ‘Open Like Never Before’. Herkenbaar en relevant omdat we op dit moment allemaal worstelen met het ‘nieuwe normaal’. Wat betekent dit voor ons? Nu, maar ook later?

Coca-Cola: “Wait stop, who says we have to go back to normal? This is our opportunity to start over - more humble, mindful, braver and better than we've ever been. The glass isn't half empty, it's half full and we all can make a difference, when we are #OpenLikeNeverBefore.”

 

3. Nodig mensen uit om actief deel te nemen

De beste content levert verhalen op die mensen tot actie aanzet. En dat kan op allerlei manieren. Laat je doelgroep bijvoorbeeld producten digitaal proberen met behulp van augmented reality. Maak een interactieve video of organiseer een virtuele tour. Door je publiek actief te laten deelnemen, ontstaat er een mogelijkheid voor emotionele connecties. Met interactieve content geef je de controle aan jouw doelgroep. Ze volgen hun eigen pad, beantwoorden vragen, zoomen in voor meer informatie en onderzoeken onderwerpen via meerdere lenzen of perspectieven.

Een mooi voorbeeld is de Nike+ Run App. Met de app bindt Nike hardlopers aan hun merk. Nike activeert gebruikers door hen te motiveren en op te roepen om hun enthousiasme en resultaten online te delen. De Nike+ Run Club is uitgegroeid tot een grote community waar Nike verschillende soorten content deelt om hun doelgroep actief te houden.

NRC-voorbeeld

Van hardlooppodcasts en artikelen tot diverse challenges waar de doelgroep aan mee kan doen. Door de #justdoitsunday of #nikerunclub te volgen, krijgt Nike ook weer inzicht in de impact van hun content.

justdoit-sunday

Emotie is de sleutel tot een sterke betrokkenheid bij de content die je maakt. Met deze drie tips kun je emotie-gedreven content maken die impact heeft. Creëer verhalen die je publiek op een zinvolle manier aanspreken en inspireren om terug te blijven komen voor meer.

 

Uncategorized

Social media gebruik in 2021: cijfers & statistieken

De traditionele top-5 blijft gelijk

In totaal zijn 13,7 miljoen Nederlanders actief op één of meerdere sociale media. Als je WhatsApp tot de social media rekent – en dat is een grote als, doordat het openbare karakter bij WhatsApp ontbreekt - is dat platform nog steeds ruimschoots het grootst.

Facebook komt ook weer boven de 10 miljoen Nederlandse gebruikers uit, en YouTube vult de top 3 aan. De hoge positie van Instagram is inmiddels ook geen verrassing meer, en LinkedIn tikt voor het eerst de 5 miljoen Nederlandse gebruikers aan, waarmee de top-5 compleet is. De gehele volgorde is al jaren relatief stabiel.

Aantal Nederlandse social media gebruikers

Social media cijfers 1

 

TikTok, Pinterest en LinkedIn groeien sneller dan afgelopen jaren

Vrijwel alle social media platform groeiden in het afgelopen jaar, met Snapchat en vooral YouTube als opvallende uitzonderingen, die juist een lichte daling laten zien.

Een te grote focus op één jaar kan echter een vertekend beeld geven als het aantal gebruikers van een bepaald platform eenmalig daalt of stijgt. Zo daalt het aantal YouTube-gebruikers dit jaar licht, terwijl het meerjarig gemiddelde juist een forse stijging van bijna 400.000 YouTube-gebruikers per jaar laat zien. Dit dipje wil dus niet zeggen dat YouTube passé is en je het platform links kunt laten liggen.

Vraag blijft: is zo'n aangetoonde verandering nu een trend of een incident?

Om dat te kunnen inschatten, zetten we de groeicijfers van dit jaar af tegen de gemiddelde verschuiving in de afgelopen 3 jaar.

Groei aantal gebruikers

social media cijfers 2

Dan valt de explosieve groei van TikTok natuurlijk als eerst op. De relatieve nieuwkomer telt nu ruim 1 miljoen meer Nederlandse gebruikers dan een jaar geleden – een nog grotere stijging dan de 700.000 van vorig jaar. Ook Pinterest en vooral LinkedIn stijgen harder in gebruikersaantallen dan de afgelopen jaren.

Hoewel de netto stijging van Instagram met 273.000 gebruikers nog steeds indrukwekkend is, groeide het paradepaardje van Facebook veel minder hard dan de afgelopen jaren (gemiddeld 600.000 per jaar). Dat geeft ons reden om aan te nemen dat Instagram nu in hetzelfde schuitje zit als Facebook en in mindere mate WhatsApp de voorgaande jaren: het plafond komt in zicht. Veel ruimte om nieuwe gebruikers te vinden is er niet meer.

 

Alle platformen worden frequenter gebruikt

Het totaal aantal gebruikers is één ding, maar om ze te kunnen bereiken, moeten ze het platform ook regelmatig gebruiken. Wat dat betreft is er goed nieuws: elk platform zag zowel het aantal als relatieve aandeel dagelijkse gebruikers groeien.

Het mag geen wonder heten dat WhatsApp en Snapchat, toch vooral messenger-apps, relatief veel dagelijkse gebruikers hebben. Wél opvallend: het concern Facebook is met WhatsApp, Facebook en Instagram verantwoordelijk voor de hele top 3 van dagelijks social media gebruik, zowel in percentages als absolute aantallen.

Aandeel dat platform dagelijks gebruikt

social media cijfers 3

LinkedIn en Pinterest scoren daarentegen relatief laag. Een mogelijke verklaring daarvoor kunnen we vinden in het feit dat de platformen een wat specifiekere gebruikswijze kennen. LinkedIn draait om professioneel netwerken, Pinterest wordt in de praktijk vooral gebruikt voor het zoeken naar productinspiratie. Platformen als Facebook en Instagram worden veel algemener gebruikt, en zijn daardoor wellicht beter geschikt voor dagelijks gebruik.

Toch lijkt vooral LinkedIn zich enigszins van die specifieke gebruikswijze te ontdoen. Vorig jaar was 16% van de LinkedIn-gebruikers dagelijks actief, nu is dat 21%. Van de grotere platformen steeg alleen TikTok harder: van 40% in 2020 naar 49% dagelijks actieve gebruikers in 2021.

Hoe kun je deze social media cijfers gebruiken in 2021?

Wees voorzichtig met de interpretatie van deze cijfers, conclusies en statistieken. Dat Nederlanders vooral actief zijn op Whatsapp, Facebook, Instagram en in steeds grotere mate op TikTok, wil nog niet zeggen dat jouw specifieke publiek daar ook te vinden is. Of dat mensen op die platformen op jouw verhaal zitten te wachten. Zie deze cijfers vooral als handige informatie om in het achterhoofd te houden als je bepaalt op welke kanalen je actief wilt zijn.

Gebruik deze handvatten vervolgens om verder uit te zoeken waar jouw doelgroep aanwezig is of waar relevante thema’s veel worden besproken. Dat kan bijvoorbeeld met behulp van interviews of social listening software.

Wil je jouw doelgroep op veel verschillende kanalen bereiken? Met de social media planner van Coosto beheer je al je posts over meerdere kanalen vanuit één omgeving.

Meer conclusies, trends en cijfers vind je in het onderzoek van Newcom.

logo-newcom
Uncategorized

Social commerce: 5 redenen om hier vandaag nog mee te starten

Wat is social commerce?

Social commerce is het proces waarbij producten rechtstreeks op sociale media worden verkocht. In 2020 is social commerce goed voor een markt van 89,4 miljard dollar. Het zal naar verwachting groeien tot 604,5 miljard dollar in de komende zeven jaar. Met social commerce vindt jouw volledige winkelervaring – van productontdekking tot het afrekenproces – rechtstreeks plaats op een socialmediaplatform. ‘Is dat niet hetzelfde als e-commerce?’ hoor ik je denken. E-commerce is online winkelen via een webwinkel of app van de desbetreffende winkel. Social commerce zorgt ervoor dat de klant zijn aankoop doet op het socialmediaplatform, zonder dit platform te verlaten. Social commerce is dus niet hetzelfde als e-commerce. Op dit moment bieden alleen Facebook, Instagram en Pinterest concrete mogelijkheden aan voor social commerce. Maar ook WhatsApp ontwikkelt stevig door en wil het winkelen gemakkelijker maken. Naarmate de interesse (en inkomsten) toeneemt, zullen we waarschijnlijk meer van deze socialemediamerken zien die ‘nu winkelen’-opties integreren.

Hoe werkt social commerce?

Je scrolt door je Instagramfeed en ziet de ideale ‘little black dress’ voorbijkomen. Je klikt op ‘nu shoppen’ en je voltooit de aankoop direct in de app. Daarna kun je gewoon weer verder scrollen en de updates zien van je vrienden. Zo simpel is het! Weet je nog niet zeker of het opzetten van een social media-winkel past bij jouw merk? Hier zijn vijf redenen waarom social commerce het proberen waard is:

1. Target jouw doelgroep direct

Inmiddels weten we dat je je socialmedia-advertenties heel specifiek kunt inrichten voor jouw doelgroep. Door de ongelooflijke schat aan klantgegevens kun je je advertenties heel gericht aanpassen en je doelgroep targeten. Social commerce biedt de kans om producten aan te prijzen aan die specifieke doelgroep. Je kunt jouw producten direct koppelen aan je advertentie in je social-winkeltje.

2. Sales verplaatst zich naar social media

80% van de shoppers doet inspiratie op en zoekt naar producten op Instagram en Facebook. 90% van de mensen op Pinterest (pinners) neemt een aankoopbeslissing op Pinterest, en 70% ontdekt er nieuwe producten. Jouw product mag dus niet ontbreken! Social commerce brengt marketing en sales nóg dichter bij elkaar. Het socialmedia-marketingadvies luidt: breng je boodschap daar waar je doelgroep actief is. Dit geldt nu ook voor sales: verkoop je producten daar waar je doelgroep zit. Waarom zou je je producten dan niet aanbieden via social media?

3. Geen extra stappen in je klantreis

Zie het, klik erop, koop het. Socialmedia-winkels nemen elke tussenstap weg uit je klantreis. Je doelgroep is actief op social media en het product wordt dáár aangeboden. Ze kunnen nergens anders naartoe dan naar de kassa. Uiteindelijk is elke extra klik een kans voor een potentiële klant om van gedachten te veranderen. Wanneer ze van je advertentie naar je website gaan om het product aan een winkelwagentje toe te voegen of om hun creditcardgegevens in te vullen, zijn er veel momenten waarop ze hun aandacht kunnen verliezen.

4. Directe feedback van je doelgroep

Social commerce versnelt niet alleen het transactieproces, het biedt je ook een toegankelijke manier om reviews te verzamelen over je producten. Jouw socialmediaposts zijn ook meteen je productcatalogus. Jouw publiek kan meteen aangeven door middel van likes en comments wat ze vinden van je producten. Je klanten kunnen je gewoon vertellen wat ze wel en niet leuk vinden.

Je kunt met social media en stories bijvoorbeeld je doelgroep laten stemmen op een product. Of neem ze mee in je inkoopproces. Op social media heb je duidelijke gegevens over wie je klanten precies zijn, en de mogelijkheid om daarna met hen te chatten via opmerkingen of een direct bericht, om op die manier persoonlijke klantenservice te bieden.

5. Social commerce maakt online winkelen sociaal

Winkelen op sociale media maakt de ervaring veel interactiever dan ‘gewoon’ online winkelen via een webwinkel. Zo kun je bijvoorbeeld: overleggen met je vrienden, je aankopen direct delen, opmerkingen en reviews van anderen lezen, en deelnemen in polls of challenges in de stories van je favoriete winkel. Voor degenen die het sociale aspect van een dagje shoppen missen, is social commerce misschien wel de op één na beste optie.

Hopelijk zie je met deze tips mogelijkheden voor jouw merk om je webwinkel uit te breiden naar social media. De platformen ontwikkelen zich in ieder geval volop. We zijn benieuwd wat deze trend nog meer gaat brengen in 2021!

Uncategorized

De beste manieren om fouten op social media te herstellen

1. Zelfspot

Niets menselijks is een merk vreemd. Karaktertrekken die we in personen waarderen, willen we ook graag in merken terugzien. Zo waarderen we authentieke, vriendelijke en sociale mensen, en voor merken is het natuurlijk net zo.

Zeker in Nederland en Vlaanderen wordt het extra op prijs gesteld als mensen zich bescheiden opstellen en zichzelf niet te serieus nemen. Dat vertaalt zich in een bovengemiddelde waardering voor merken die de kunst van de zelfspot beheersen.

Zelfspot is perfect toe te passen op inhakers, maar de eigenschap leent zich gelukkig ook bij uitstek voor het luchtig corrigeren van fouten op social media. Deze methode werkt overigens alleen als je fouten hebt gemaakt die niemand tegen de borst stuiten. Heb je iets gedaan waarmee je mensen echt hebt benadeeld? Kies dan een van de andere manieren.

Mc Donald's

De mensen achter het corporate account van Mc Donald’s maakten in 2017 een foutje op Twitter. Geen wereldramp, maar de Black Friday tweet was duidelijk een concept dat nog niet klaar was om gepubliceerd te worden. Toen Mc Donald’s de vergissing ontdekte, was het leed al geschied. Het bericht was al duizenden keren geliket en geretweet. Tja, wat doe je dan als organisatie?

a) De tweet verwijderen? Nee, dat is flauw. Alsof je geen verantwoordelijkheid voor je fout wil nemen. Gedrag dat door niemand gewaardeerd wordt.

b) Excuses aanbieden? Beetje overdreven, gezien de geringe ernst van de situatie.

c) De draak met jezelf steken? ‘Ja!’, dacht Mc Donald’s. Het bedrijf kwam met deze slimme comeback:

mc-donalds

Mc Donald’s neemt de fout op zich, verzint geen smoesjes, maar verwijst met een dikke knipoog naar een zogenaamd cafeïnegebrek. Ja, mensen, dit kan nu eenmaal gebeuren als je je ochtendkoffie nog niet achter de kiezen hebt. Of is er iets anders aan de hand... (zie onderaan dit artikel)?

 

2. Over-the-top excuses

Soms is zelfspot niet genoeg. Als je fouten hebt gemaakt die jouw volgers of klanten daadwerkelijk raken (maar nog steeds geen groot probleem vormen), kun je gaan voor de over-the-top excuses: sorry met een vette knipoog.

KFC

Het bekendste voorbeeld van de laatste jaren is KFC. De fastfood-keten zat in zwaar weer toen in 2018 honderden Engelse restaurants tijdelijk dicht waren door een tekort aan kip. Dat is vooral vervelend voor het bedrijf zelf, want klanten doen er misschien juist wel goed aan om de gefrituurde lekkernij een weekje te laten staan. Die toon kwam perfect terug in een expres te dramatisch en met humor geschreven spijtbetuiging (‘Thank you for bearing with us’ is natuurlijk wat overdreven).

kfc*ckedup

 

3. Diep door het stof

In de meeste gevallen is de fout echter niet om te lachen. De laatste jaren worden bijvoorbeeld thema’s als gelijkwaardigheid en duurzaamheid maatschappelijk steeds belangrijker. Bedrijven die op deze gevoelige onderwerpen luchtig reageren, worden meer dan eens – terecht – toondoof genoemd.

Zodra zoiets gebeurt, kom je er eigenlijk pas achter hoe slecht mensen en merken over het algemeen zijn in ‘sorry’ zeggen. In plaats van een spijtbetuiging verzanden we vaak in excuses; uitleg waarom een fout toch te rechtvaardigen valt. “Ja, maar de stagiair”, “Zo hadden we het niet bedoeld”, of het klassieke “We betreuren de ontstane ophef” (terwijl je zóu moeten betreuren dat je iets hebt gedaan dat die ophef veroorzaakte).

Een lesje spijtbetuiging is dus op zijn plek. Als je diep door het stof moet, dan moet je je verklaring opbouwen met deze elementen. Je hoeft ze niet altijd allemaal te gebruiken, maar je mag zeker niet afwijken van deze elementen.

  • Berouw: sorry, het spijt ons.
  • Uitleg (geen rechtvaardiging!): onze tweet heeft veel mensen gekwetst.
  • Verantwoordelijkheid nemen: dit is onze fout, hier is geen excuus voor. 
  • Eventuele maatregelen: we gaan onderzoeken hoe dit heeft kunnen gebeuren. 
  • Vragen om vergeving: we hopen dat jullie ons een tweede kans gunnen.
  • Verbetering beloven: dit zal niet meer gebeuren.

Fout: Chase

Chase is één van de vele bedrijven die de mist ingaan bij het ‘sorry’ zeggen. De bank deelde in 2019 deze tweet. Daarin beledigt het bedrijf mensen die moeite hebben om rond te komen, ongetwijfeld bedoeld als ‘grap’.

chase

 

De reacties waren scherp, en men eiste een spijtbetuiging van Chase. Die kwam er. Of ja, eigenlijk niet. De bank deelde wel een nieuwe tweet, waarin het voornemen werd aangekondigd om betere social media posts te maken, maar het belangrijkste onderdeel ontbrak: een welgemeende ‘sorry’.

chase-apology

Goed: Daily Carnage

Dat deed het marketingbedrijf Carney veel beter. Nou ja, in eerste instantie niet. Het bedrijf deelde een afgezaagde quote die werd toegekend aan Woody Allen, de van seksueel misbruik betichte regisseur. Daar kwamen logischerwijs woedende reacties op van lezers van de Daily Carnage nieuwsbrief.

daily-carnage

Wat het bedrijf echter veel beter deed dan vrijwel alle andere organisaties die in dit schuitje zitten: sorry zeggen. Rob Carney, de man achter Carney, windt er namelijk geen doekjes om. Recht voor z’n raap gebruikt hij alleen elementen die in een spijtbetuiging mogen/moeten terugkomen.

“We hebben het niet goed gedaan. Het spijt ons enorm en we beloven dat dit niet nog eens gaat gebeuren. Hier is geen excuus voor.”

rob carney woody allen sorry

Extra positief is dat Carney zich niet verschuilt achter anderen; hij zegt sorry vanuit zijn persoonlijke account. Later volgde nog een uitgebreidere e-mail:

mail-carney-woody-allen

 

4. Geen fouten maken

“Ja, kom op Coosto! De beste manier om een fout te herstellen, is hem niet te maken? Dát is gemakkelijk. Jullie zeiden toch zelf ‘waar mensen werken, worden fouten gemaakt’!?”

Oké, je hebt helemaal gelijk. Voorkomen is beter dan genezen, maar voorkomen is niet altijd mogelijk. Wat wél altijd mogelijk is, is het verkleinen van de kans op een fout. Door social media management software te gebruiken, bijvoorbeeld.

In Coosto werk je namelijk gemakkelijk met je hele team samen in één contentkalender. Zo kan iedereen elkaars werk controleren, foutjes en gevoeligheden uit posts halen of suggesties doen voor verbeteringen. Met features zoals een gezamenlijke workflow, berichtgoedkeuring, concepten en memo’s leer je van elkaar, en is de kans veel kleiner dat je de mist in gaat. Sterker nog, door samenwerking wordt je volgende post alleen maar beter!

Bekijk hier meer van ons volledige social media management platform.

 

Bewust fouten maken

Tot slot: er schuilt nog een addertje onder het gras. Want je zou zeggen dat social media managers, communicatieprofessionals en marketeers er alles aan doen om blunders op social media te voorkomen. Maar tegelijkertijd hebben ze ook ontdekt dat foutjes stiekem best veel aandacht voor hun merk kunnen genereren.

Zo kreeg hogeschool Fontys zelden meer reacties op een Facebook-post dan toen het social media team onbedoeld een legendarisch foutje maakte en alleen ‘Hallo’ postte. We verdenken Mc Donald’s in voorbeeld 1 er zelfs van de fout bewust gemaakt te hebben, puur om meer aandacht op zich gevestigd te krijgen.

In een specifiek geval van Samsung is daadwerkelijk bewezen dat een fout vooropgezet plan was. Dat begon met een Instagram-ad van Samsung met daarin Ellen Hoog. Twitteraars merkten op dat de oud-hockeyster daarin haar krantje ondersteboven leest. Foutje, bedankt, zou je zeggen.

Ellen Hoog leest de Financial Times. Ondersteboven. Logisch pic.twitter.com/P2GJrEMLwR

— Rob Goossens (@GoosR) February 8, 2019

Maar wat bleek uit een later online verschenen video? Het was allemaal de bedoeling. Samsung hoopte blijkbaar al dat het mensen zou opvallen, en dat er veelvuldig over de advertentie gesproken zou worden. Lees dit stukje van The Best Social Media maar eens.

De extra aandacht die Samsung hiermee heeft gegenereerd weegt zeker op tegen dat kleine, onschuldige foutje.

Social media blunders herstellen is dus overduidelijk niet in álle gevallen noodzakelijk.

Uncategorized

3 manieren om met social media hoger te scoren in Google

Wat heeft social media dan met SEO te maken? En hoe kun je met social media de concurrentie te slim af zijn?

 

A. Directe impact van social media op SEO

Social media kunnen je zeker helpen in je SEO, maar niet op de manier die veel mensen voor ogen hebben. Sociale signalen (post die veel worden geliket, gedeeld, becommentarieerd) zijn namelijk geen ranking factor. Daardoor gaan ze je niet een hogere positie in Google opleveren.

Ook links in social posts worden genegeerd als ranking-factor. Logisch, want anders zou je zelf je eigen linkprofiel kunnen bouwen door heel veel links naar je website te delen op social media. Bovendien is het grootste deel van de social media pagina’s afgeschermd voor crawlers van zoekmachines, en dus überhaupt niet te indexeren.

Dit werd in 2014 al bevestigd door Google zelf:

Lange tijd werd echter anders beweerd (zie deze video van Google in 2010), en daar merk je online nog volop de gevolgen van. Er zijn nog altijd websites die verkondigen dat sociale signalen wel degelijk invloed zouden hebben op de zoekresultaten, en er zijn net zoveel pagina’s die dat onzin noemen. Dit welles-nietes-spelletje onder marketeers zorgt voor onduidelijkheid.

Die onduidelijkheid wordt nog eens extra gevoed door Bing - die andere zoekmachine - dat deze quote lange tijd in zijn webmaster guidelines had staan:

“Social media plays a role in today’s effort to rank well in search results […] these positive signals can have an impact on how you rank organically in the long run.”

Naar deze quote wordt nog altijd met gretigheid verwezen door marketeers die de directe impact van sociale signalen op SEO willen aantonen. Ze vergeten daarbij helaas te benoemen dat Bing deze passage in juli 2020 uit de guidelines heeft geschrapt...

Grote SEO-tools en autoriteiten als ForbesNeil Patel (Ubersuggest), Semrush en Search Engine Journal delen nog steeds dezelfde conclusie: social media signalen hebben geen direct effect op SEO-rankings. 

Hoe kunnen social media je dan toch helpen hoger te scoren in de zoekresultaten? Dat gaat altijd indirect, via een omweg.

 

B. Indirecte impact van social media op SEO

1. Social media zíjn bronnen van websiteverkeer

De eerste manier waarop social media wél invloed heeft op SEO, heeft te maken met backlinks (links van websites naar jouw website). Er is namelijk iets opmerkelijks aan de hand met de manier waarop webpagina’s worden gesorteerd in zoekresultaten van Google en Bing:

Backlinks van vooraanstaande websites zijn essentieel voor een hogere positie in de Google-zoekresultaten. Hoe meer mensen in hun blogs en sites linken naar jouw site, hoe hoger jouw positie. Maar voordat mensen gaan linken naar jouw content, moeten ze die content wel eerst kennen. En om mensen jouw content te laten zien, heb je weer een hogere positie in de Google-zoekresultaten nodig.

Een vicieuze cirkel, dus.

Want hoe kom je hier ooit tussen?

Social media kunnen de loop doorbreken. Net als Google, zijn jouw social media kanalen namelijk ook bronnen van websiteverkeer. Door je content op social media te delen, en er eventueel mee te adverteren, gaan mensen je content hoe dan ook onder ogen krijgen.

Hoe meer mensen jouw kwalitatieve content zien, hoe groter de kans dat ze er vervolgens naar gaan verwijzen op hun eigen websites en blogs. Voilà: backlinks. Zo kun je met social media tóch je plekje in de SEO-loop verwerven, en je posities in Google en Bing zien stijgen. 

2. Social media zíjn zoekresultaten

We hebben bij onderdeel A geconcludeerd dat Google geen onbeperkte toegang tot pagina’s en gegevens op Facebook, Twitter, Instagram, TikTok, Pinterest, Snapchat en LinkedIn heeft. Maar we vergeten vaak één belangrijk social media platform waar dat wél het geval is: YouTube, het social media platform van Google zelf.

Video’s op YouTube zijn daardoor bij uitstek geschikt om je positie in de zoekresultaten op te krikken. Sterker nog, YouTube-video’s zijn vaak zoekresultaten op zich. Voor veel zoekopdrachten toont Google relevante YouTube-video’s immers bovenaan in de resultaten.

youtube-seo-zoekresultaten

Daarom is het goed om YouTube niet alleen als video-hostingservice of sociaal platform te zien, maar ook als tool voor je SEO. Optimaliseer de titel en beschrijving van je video’s dus altijd voor zoekverkeer, zoals je dat ook voor je webpagina’s en blogs doet.

Zo creëer je voor jezelf dubbele kansen op een mooie plek in de zoekresultaten: via je eigen website én je YouTube-kanaal.

3. Social media zíjn zoekmachines

Als we SEO bespreken, dan hebben we het – ook in dit artikel – vrijwel altijd over Google en Bing. Het feit dat veel social media zelf ook een zoekmachine hebben of zijn, blijft onterecht onderbelicht.

Onderschat niet hoe vaak de zoekfuncties binnen social media platformen zelf worden gebruikt. Pinterest en YouTube zijn zelfs helemaal ingericht als zoekmachine, en ook de zoekvensters binnen Instagram, LinkedIn en Twitter worden veelvuldig gebruikt.

Mensen die een nieuwe eettafel zoeken, zullen hun zoektocht misschien wel eerder op Pinterest starten dan op Google. Mensen die benieuwd zijn naar actualiteiten, zoeken wellicht eerder op Twitter dan op Google. En mensen die een recept zoeken, openen bijvoorbeeld eerder direct YouTube dan dat ze hun zoekopdracht in Google opgeven.

Conclusie? Als we het hebben over SEO, dan moeten we beseffen dat we het over álle zoekmachines hebben. Ook social media zelf. Dat betekent dat we alle content die we maken zoekvriendelijk moeten opstellen. Dat geldt voor een blog, maar ook voor een tweet, een Instagram-post, een LinkedIn-post en een pin op Pinterest.

Kies de juiste hashtags, gebruik terminologie waar daadwerkelijk op gezocht wordt en zorg zo dat je gevonden wordt.

Wees de concurrentie te slim af

De SEO-mindset gaat overduidelijk verder dan Google. Jouw geluk is dat lang niet ieder merk social media al zo ziet en inzet. Met de 3 genoemde inzichten kun je jouw concurrenten dus te slim af zijn en aftroeven in de zoekresultaten. Of dat nu op Google, Pinterest, Twitter, YouTube of een ander social media kanaal is. En ook social media heeft zijn eigen mogelijkheden voor contentoptimalisatie!

Uncategorized

Social media zijn de motor achter de missie van Universiteit van Nederland

Voor het handjevol mensen dat Universiteit van Nederland nog niet kent… Jullie zijn geen universiteit, hè?

“Haha, nee inderdaad. Die misvatting hoef ik gelukkig steeds minder vaak recht te zetten, aangezien we flink aan naamsbekendheid hebben gewonnen in de afgelopen jaren.

Onze stichting is in 2013 opgericht door Alexander Klöpping en Marten Blankesteijn. Zij hadden één helder doel voor ogen: wetenschappelijke kennis niet laten ophouden bij de collegebanken, maar toegankelijk maken voor een veel breder publiek. Dat doen we onder andere door elke week tot de verbeelding sprekende colleges te produceren en online te delen. Sinds twee jaar hebben we daarnaast een podcast, en die wordt ook heel goed beluisterd.

Alle colleges worden gegeven door topwetenschappers, die ingewikkelde materie op een heel aantrekkelijke en relatief korte manier kunnen uitleggen. We zijn dus zelf geen universiteit, maar we werken veel met universiteiten samen.”

Maurice van Wordragen

Welke rol spelen social media daarin?

“Allereerst zijn ze natuurlijk belangrijk voor de verspreiding van onze colleges. We hebben veel mediapartners, maar het is denk ik altijd goed om daarnaast zelf een eigen publiek te bedienen. Dat doen we onder andere via social media.

Vooral YouTube is een belangrijk kanaal voor ons. We hebben ten opzichte van veel andere organisaties namelijk het voordeel dat we niet per se uit zijn op clicks naar onze website of conversies. Alles draait bij ons om views, gemiddelde kijktijd, moment van afhaken: dat zijn de metrics waar we op sturen. En dat is natuurlijk een logisch gevolg van onze missie: we willen dat onze content gezien wordt. Waar en hoe, dat maakt voor ons niet zoveel uit.

“We willen dat onze content gezien wordt. Waar en hoe, dat maakt voor ons niet zoveel uit.”

Daardoor kunnen we het ons ook prima veroorloven om een college integraal op Facebook of YouTube te plaatsen als we merken dat dat meer bereik oplevert dan een linkje naar onze website. Wel houden we rekening met de aard van een platform. Op Instagram kun je geen college van 15 minuten uploaden, dus daar presenteren we snippets waarmee we interesse proberen te wekken in de volledige video.”

“Het beheren van social media werkt veel prettiger met Coosto.”

Hoe helpt Coosto daarbij?

“Het grootste voordeel en meest voor de hand liggende antwoord krijg je waarschijnlijk van iedere Coosto-gebruiker: tijdsbesparing. Het is echt een verademing dat je niet meer dat gezeur hebt met apart inloggen op verschillende social media, wachtwoorden, een uitgebreid overzicht van de content die op de planning staat... Dat werkt allemaal veel fijner met Coosto.

Daarnaast is de berichtgoedkeuring-optie in Coosto voor ons heel belangrijk. We werken af en toe met stagiairs, en dan is het toch wel fijn als we hun social media posts geautomatiseerd kunnen reviewen. Ook leerzaam voor onszelf, trouwens.”

Luisteren jullie ook naar wat er door anderen over Universiteit van Nederland wordt geschreven?

“Jazeker. Ik krijg elke ochtend via e-mail een overzicht van de berichtgeving over ons merk. Dat is wel top aan Coosto, dat je op die manier ideeën opdoet voor social media posts. Als we zien dat een medium iets interessants over ons zegt, kunnen we dat namelijk weer delen op onze eigen kanalen.”

“Top dat je door Coosto ideeën opdoet voor social media posts.”

En hoe zit het met de interactie?

“Social media lenen zich natuurlijk veel beter voor interactie dan een video of een podcast. Daar kun je hooguit om feedback vragen die je de volgende aflevering kunt bespreken. Social media zijn laagdrempeliger voor directe gesprekken.

We hebben wat dat betreft een aardige start gemaakt. Zo vragen we af en toe aan onze volgers wie hun favoriete docent is of was, wie levendig kan presenteren en over welke onderwerpen. Zo proberen we telkens lijntjes te leggen met hoogleraren, vakgebieden en universiteiten die nog niet zoveel aan bod zijn gekomen.”

Zie je daarin nog een uitdaging?

“Ja, absoluut. Ik denk dat in community management onze grootste kansen liggen. We zijn natuurlijk maar met een kleine club vaste medewerkers en tijd is schaars, maar het is een mooie uitdaging om nog meer de echte interactie aan te gaan en te bouwen aan een heuse community. Niet alleen input vragen, maar ook veel vaker reageren en discussiëren.

Zo krijgen we regelmatig inhoudelijke vragen in de comments op YouTube of Facebook. Het zou toch supergaaf zijn als we op basis daarvan extra verdieping kunnen bieden. Maar het is ook best lastig, aangezien de wetenschapper in kwestie uiteindelijk toch zelf het antwoord zal moeten geven. En die is logischerwijs niet altijd beschikbaar. Nou ja, hoe dan ook: het lijkt me goed als we daar werk van maken.”

Klinkt als een mooi streven!

“Kan dat eigenlijk ook met Coosto, reageren op YouTube-comments?”

Jazeker.

“Oh, perfect. Dan moeten we daar snel mee aan de slag!”

Even los van de ambities: je hebt in het afgelopen jaar al heel wat bereikt. Waar ben je het meest trots op?

“We hebben het merk Universiteit van Nederland nadrukkelijker op de kaart gezet. Op die manier hopen we minder afhankelijk te zijn van de grillen van algoritmes. Mensen weten ons nu ook te vinden als de kijkcijfers op social media korte tijd terugvallen. Daarnaast hebben we steviger ingezet op audio, en dat heeft ons ook veel opgeleverd.

“Onze kijkcijfers op YouTube zijn verdubbeld, en het aantal abonnees is met 25% gestegen.”

Verder zijn onze kijkcijfers op YouTube in het afgelopen jaar verdubbeld, en het aantal abonnees is van 100.000 naar inmiddels zo’n 125.000 gegroeid. Maar het meest trots ben ik denk ik gewoon op de innovatiedrang van ons kleine team. We blijven vernieuwen en weten in samenwerking met universiteiten zoveel mooie dingen te realiseren.

Een voorbeeld: we moeten door COVID-19 noodgedwongen colleges zonder publiek opnemen. Om niet in een kale loods te hoeven filmen, hebben we een prachtige, innovatieve virtuele studio ontwikkeld.

Universiteiten helpen ons, wij helpen universiteiten. En zo is de cirkel rond. Dat is wat Universiteit van Nederland zo’n prachtige organisatie maakt.”

Uncategorized

5 voorspellingen over social media & content in 2021

Zo hebben we vorig jaar 3 trends benoemd: de groeiende zichtbaarheid van creatieve content, data en conversational marketing. Oké, dat zijn geen keiharde, gedetailleerde voorspellingen waar je ons op kunt afrekenen. Maar je kunt toch moeilijk ontkennen dat die aspecten geen rol hebben gespeeld in ons vak in het afgelopen jaar.

Voor 2021 zien we 5 belangrijke trends in social media en content, die we baseren op hoe het vak zich in de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. We proberen ze bewust wat concreter te beschrijven: reken ons er gerust op af in 2022.

1. Fans activeren in plaats van verzamelen

trend-1

De afgelopen jaren stonden voor veel contentmarketeers en social media managers in het teken van nieuw publiek verzamelen. Nieuwsbrieflijsten werden gevuld, social media likes werden geteld en nurturinglijsten stroomden langzaam maar zeker vol.

Deze tactiek heeft ertoe geleid dat marketeers massaal beschikken over bomvolle databases vol potentiële klanten. Het probleem? 99% van deze potentiële klanten ‘doen’ niets. Ze klikken niet op je links, ze kopen niets, ze delen je content niet: je hebt er eigenlijk niets aan. En het is je eigen schuld.

Want als jouw focus inderdaad was gericht op het vinden van nieuw publiek, ben je waarschijnlijk je belangrijkste publiek vergeten. De fans van het eerste uur, die als ambassadeur voor je merk kunnen dienen.

2021 wordt het jaar waarin je de verzamelwoede even op pauze moet zetten, en juist quality time met je huidige publiek gaat doorbrengen. Richt je op de mensen die daadwerkelijk geïnteresseerd zijn, die kunnen uitgroeien tot superfans. Met man en macht proberen een grote hoeveelheid oppervlakkige volgers te activeren, is namelijk trekken aan een dood paard. Je energie niet waard.

Je hebt tenslotte meer aan 1000 superfans of ambassadeurs, dan aan 1.000.000 nieuwsbrieflezers die amper actie ondernemen.

2. Less is more in social media technologie

trend-2

COVID-19 heeft bepaalde aspecten van contentmarketing en social media onomkeerbaar veranderd. We verwachten dat de groeiende behoefte aan digitale ervaringen en e-commerce in 2021 zelfs nog wat verder versnelt.

Gelukkig (of toevallig) waren veel bedrijven hier al op voorbereid. Het aantal webshops en digitale content-ervaringen steeg immers ook vóór COVID-19 al exponentieel.

Waar we níet op voorbereid waren, is het op afstand leveren van die digitale ervaringen. Want nu de producenten (de social media managers, contentmarketeers en e-commerce teams) thuis werken, zijn ook zij nóg meer aangewezen op digitale middelen.

Nu merken deze teams in toenemende mate hoe onhandig het eigenlijk is dat er 3 verschillende tools voor het creëren en inplannen van content worden gebruikt, 2 voor het reageren op social media, 7 voor het analyseren van data en 4 voor video conferencing.

Zeker als je vaker op afstand werkt, is het praktischer om met een handjevol digitale oplossingen te werken dan met 42 verschillende tools die elk één specifieke taak van je overnemen.

Koppelingen, integraties en API’s ten spijt: er gaat in 2021 een samensmelting van technologie ontstaan. Zeker in grotere organisaties wordt er afscheid genomen van hyperspecifieke tools, en zal men op zoek gaan naar meer generalistische software, die een veel breder takenpakket kan overnemen. Zo is Coosto niet alleen gericht op het plannen, reageren of analyseren van content, maar doet het dat allemaal. Onze software is gericht op het van A tot Z managen van online gesprekken.

Less is more in 2021.

3. Groeiend aanbod van events

trend-3

Deze voorspelling klinkt misschien wat ongeloofwaardig in het midden van een pandemie, maar events gaan in 2021 wel degelijk populairder worden. We hebben het hier namelijk niet over in-person congressen en seminars, maar de online varianten.

Webinars en online congressen kunnen immers veel goedkoper worden georganiseerd dan fysieke bijeenkomsten. Ze worden daardoor voor steeds meer organisaties een toegankelijk marketing-communicatiekanaal en daarmee een interessant alternatief.

Maar online bijeenkomsten waren toch al jaren goedkoper en toegankelijk? Klopt. Ze werden alleen nooit echt als een volwaardige vervanger gezien. COVID-19 heeft de ontwikkeling van ‘online’ echter in een stroomversnelling gebracht.

We zien ineens dat thuiswerken wél op grote schaal kan als het echt moet, en hetzelfde geldt voor online events. Ze zijn ‘normaler’ geworden en worden breed geaccepteerd. Daardoor blijkt een online event niet alleen een haalbare kaart, maar in veel gevallen ook een effectieve oplossing.

Waarom denken we dat deze lijn zich voortzet? Als we 2020 zien als het jaar waarin alles op z’n kop werd gezet, dan is 2021 het jaar waarin we gewend (moeten) raken aan het ‘nieuwe marketing-normaal’. Tegen die tijd hebben de meeste marketeers voldoende voorbereidingstijd gehad om online events van steeds hogere kwaliteit neer te kunnen zetten.

4. Verschuiving van een iTunes- naar Spotify-model

trend-4

Je ziet de ontwikkeling al lange tijd in andere bedrijfstakken: content wordt niet verkocht per stuk, maar op all-inclusive basis per periode.

Internet werd bijvoorbeeld lang geleden per minuut afgerekend, nu betaal je een vast bedrag per maand. Je kocht vroeger een nummer op iTunes, terwijl vrijwel iedereen inmiddels een abonnement op Spotify heeft. Je huurde een film met pay-per-view, nu betaal je maandelijks voor Netflix of Amazon Prime.

We zien dat de meeste organisaties (buiten de entertainmentbranche), hun content echter nog op de ouderwetse individuele manier aanbieden. ‘Wil je een gratis e-book? Dan vul je een formuliertje in’. ‘Zou je daarna graag productspecificaties ontvangen? Dan willen we graag nog eens jouw gegevens.’ ‘Wil je ons nieuwste whitepaper? Ja hoor, wederom een formulier’.

Wij voorspellen dat ook aanbieders van dit soort informatieve content (ook in B2B) steeds vaker gaan kiezen voor een platformmodel. Geïnteresseerden maken eenmalig een account aan bij een bedrijf of merk, en in ruil daarvoor krijgen ze toegang tot een volledig platform met ‘premium’ content.

Geen gedoe meer met losse formulieren of stapsgewijze leadverrijking. Abonnees blijven gemakkelijk te classificeren, doordat gedrag gewoon meetbaar is. Via e-mail kun je mensen bovendien nog steeds wijzen op nieuwe content. Voor de content-aanbieder verandert er dus niet zoveel, terwijl het voor de abonnee alleen maar gemakkelijker en aantrekkelijker wordt om meer content te consumeren.

We vermoeden dat steeds meer marketeers die win-win-situatie in 2021 inzien en ernaar zullen handelen.

5. Het einde van de ‘extra’ kanalen

 

trend-5

Wie op zoek is naar websiteverkeer, zal ook in 2021 uitkomen op social media. Deze platformen blijven, naast zoekverkeer en advertenties, de belangrijkste bron van nieuwe websitebezoekers.

De voorziene verandering in 2021 zit hem in een andere mindset over social media platformen. Waar eerst het credo ‘daar zijn waar je doelgroep is’ als leidraad werd gevolgd, wordt dat steeds vaker ‘Alleen de social media kanalen gebruiken die voor jou genoeg resultaat opleveren’.

Door een groeiend aanbod van informatie wordt het namelijk steeds moeilijker om je te onderscheiden op social media. Je content moet echt van heel goeden huize komen, wil je de aandacht grijpen en kunnen vasthouden. Die kwalitatieve content creëren kost tijd. Zelfs als je tijd bespaart door een social media planner te gebruiken, ga je niet het gewenste niveau aantikken als je op te veel platformen tegelijkertijd focust. Hoe meer je jouw tijd moet verdelen over meerdere platformen, hoe moeilijker het immers wordt om voor elk platform kwaliteit te blijven leveren.

Social media draaien daarom tegenwoordig vooral om ‘nee’ durven zeggen, om het laten vallen van de kanalen die amper resultaat opleveren. Het behouden van 3 of 4 social kanalen is meestal de ideale balans. De tijd die je daarmee wint, kun je vervolgens vol inzetten op de kanalen, formats en posts die al wél voor jou werken, zodat je ze nog succesvoller kunt maken.

Anders dan 10 jaar geleden stappen merken dus niet massaal op nieuwe hypes, maar wordt er in 2021 nóg bewuster een kosten-/batenanalyse gemaakt. Hoeveel tijd gaat een extra kanaal kosten, en wat levert het ons op?

We gaan volop experimentjes zien, maar je hoeft niet te verwachten dat je op TikTok of Instagram ineens struikelt over de accounts van zorgverzekeraars, pensioenfondsen of makelaars.

Uncategoried

De 10 meest succesvolle inhakers van 2019

Maar ook bij liefhebbers is er discussie. Want wat maakt de ene inhaker nu beter dan de andere? Zoveel mensen, zoveel meningen. Na een paar minuutjes Googlen ben je tientallen tips rijker, maar ontbreekt het aan een goede meetlat. Om kwaliteit of succes wat objectiever te kunnen bepalen, moeten we terug naar het marketingdoel van een inhaker.

Van mening naar meten

Inhakers zijn vrijwel altijd bedoeld om een glimlach op de gezichten van de lezer/kijker te krijgen. Maar om dat voor elkaar te krijgen, moet de inhaker wel door mensen gezien worden. En dat publiek wordt - door de social media algoritmes van vandaag de dag - alleen bereikt als een inhaker in eerste instantie engagement weet uit te lokken. Likes, comments en shares zorgen dus voor een domino-effect op je bereik.

Een extra voordeel van een indicator als engagement: hij is meetbaar. Daarom hebben we voor deze top 10 'interactie' als meetlat gebruikt. Meer specifiek, interactieratioWe zetten met behulp van Coosto Listen de shares en comments op inhakers van meer dan 100 grote Nederlandse merken af tegen het aantal volgers van het account. Daarmee bepalen we het relatieve succes van de inhaker voor het merk erachter. Dit is het resultaat: de top 10 meest succesvolle Nederlandse inhakers (tot dusver).

1. Albert Heijn (Pride)

11,9 comments/shares per 1000 volgers.

Onze boodschap: liefde voor iedereen! #pride pic.twitter.com/fpeRoa6Jed

— Albert Heijn (@albertheijn) August 2, 2019

2. Hornbach (Hete zomer)

9,6 comments per 1000 volgers

3. Hornbach (Songfestival)

8,9 comments per 1000 volgers

4. Allianz (TelevizierRing)

8,7 comments per 1000 volgers

5. Staatsloterij (Koningsdag)

8,7 comments per 1000 volgers

inhakers-staatsloterij-koningsdag

6. Lidl (Prinsjesdag)

8,5 comments per 1000 volgers

7. Etos (De Luizenmoeder)

6,9 comments per 1000 volgers

8. Heineken (Formule 1)

6,4 comments/shares per 1000 volgers

De Formule 1® komt naar Nederland! Proost! #DutchGP #zandvoort #Heineken pic.twitter.com/PrXm2bADg5

— Heineken NL (@Heineken_NL) May 14, 2019

9. Chocomel (Winter)

6,1 comments per 1000 volgers

10. Heineken (WorldRecordEgg)

5,6 comments/shares per 1000 volgers

We zetten in op minimaal 17 miljoen retweets... #eitje pic.twitter.com/z12hZzsqsn

— Heineken NL (@Heineken_NL) January 14, 2019

Natuurlijk wil dit lijstje niet zeggen dat meningen er helemaal niet meer toe doen. Je mag best een persoonlijke favoriet hebben en een bepaalde inhaker helemaal niets vinden. Punt is dat het uiteindelijke resultaat ook een hoop zegt over de kwaliteit van de inhaker. Niet vergeten te meten dus! 

Uncategoried

Wat zijn UTM tags en hoe moet je ze gebruiken?

Wat zijn UTM tags? UTM-tags zijn korte stukjes tekst die je kunt toevoegen aan een link. Deze korte tekstjes voegen extra informatie over websitebezoekers toe aan een URL. Google Analytics kan deze tekstjes herkennen, en zo zien op welke link of knop je websitebezoekers hebben geklikt om op jouw website terecht te komen.

UTM is een vorm van URL-tagging: het toevoegen van informatie aan een link. UTM is de variant die gebruikt wordt voor Google Analytics, maar ieder Analytics-platform kent een vorm van URL-tagging die vergelijkbaar is met de UTM-werkwijze. Je kunt de methode die we in dit blog beschrijven ook zonder problemen toepassen voor andere Analytics-platformen. 

Voor de nieuwsgierigen onder ons: UTM komt van Urchin Tracking Module. Als één van de eerste Analytics-bedrijven ter wereld bedacht Urchin het UTM-systeem, voordat de organisatie werd overgenomen door - jawel - Google, dat er Google Analytics van maakte.

Welke UTM tags zijn er?

Google Analytics herkent 5 verschillende soorten tags, die allemaal een stukje informatie geven over je bezoeker. Je hoeft ze overigens niet altijd allemaal te gebruiken:

utm_medium: dit is de UTM die vertelt via welk soort medium een bezoeker op je website is beland. Dit kan bijvoorbeeld 'socialmedia' zijn, maar ook 'email' of 'offline'.

utm_source: deze UTM maakt de medium-UTM wat specifieker. Komt een social-bezoeker bijvoorbeeld via LinkedIn of Facebook? En komt een bezoeker vanuit een intern verstuurde e-mail of een externe? Deze informatie voeg je toe als utm_source. 

utm_campaign: onder deze UTM kun je informatie over je campagne kwijt. Is een link onderdeel van een productlancering? Handig om te weten hoe deze bezoekers zich op jouw website gedragen ten opzichte van bezoekers vanuit andere campagnes. 

utm_term: deze UTM wordt meestal gebruikt om wat meer informatie te geven over de campagne. Denk bijvoorbeeld aan: 'korting' of 'bestaandeklanten'. 

utm_content: de laatste UTM is ideaal voor A/B-testjes. Als je bijvoorbeeld twee afbeeldingen met link maakt (ééntje geef je een rode kleur en de ander maak je blauw), dan achterhaal je met behulp van utm_content welke afbeelding het meest succesvol is. Blijven 'blauwe bezoekers' bijvoorbeeld langer op je website? Of zijn 'rode bezoekers' vaker geneigd om zich in te schrijven voor je nieuwsbrief?

Met dit snelcursusje UTM wordt het al meteen een stuk eenvoudiger om de UTM-tag in de eerste regel van dit artikel te ontcijferen: ?utm_source=linkedin&utm_medium=social&utm_campaign=education. 

utm_medium=social: de bezoeker is vanuit social media op jouw website terechtgekomen
utm_source=linkedin: de bezoeker is vanuit LinkedIn op jouw website terechtgekomen.
utm_campaign=education: de bezoeker heeft op een link geklikt die onderdeel is van jouw educatiecampagne. 

Waarom UTM gebruiken?

Maar wat is nu precies het nut van UTM? Je kunt op social media of in Coosto toch ook zien hoe vaak er op je link geklikt is? Klopt, maar het aantal clicks is slechts een deel van het verhaal. In Google Analytics vind je ook informatie als gemiddelde sessieduur, gemiddeld aantal bezochte pagina's per sessies, hoe vaak mensen gemiddeld overgaan tot aankoop of inschrijving. 

Zo kun je bijvoorbeeld achterhalen dat iemand die op een Facebook-advertentie klikt, minder vaak tot aankoop overgaat dan iemand die op een 'gewone' Facebookpost klikt. Of dat iemand die via X op je website komt, gemiddeld veel langer blijft rondneuzen dan iemand die dat via LinkedIn doet. Of dat je eindejaarscampagne van dit jaar veel meer leads opleverde dan de afgelopen zomercampagne. Ga zo maar door. 

Met UTM's maak je dit soort zaken inzichtelijk. Je hoeft dus niet te gokken ("het aantal websitebezoekers stijgt gelijktijdig met onze campagne, dan zal hij wel succesvol zijn"), maar je kunt alles haarfijn meten. De mogelijkheden van UTM's zijn eindeloos, en als je de resultaten structureel in Google Analytics monitort, zorg je voor een systeem waarmee je steeds beter leert wat in jouw marketing werkt en wat niet. 

Hoe moet je UTM gebruiken?

Nu je weet wat UTM-tags zijn en waarom ze belangrijk zijn, kun je aan de slag.

Stap 1. Google Analytics inrichten

Het heeft geen zin om UTM-tags te gebruiken als ze vervolgens niet gemeten worden. Dat meten doet Google Analytics voor je. Maak eerst een gratis Google Analytics account aan, en geef je website-URL op. Maak vervolgens een Google Tag Manager account aan, om een code op te zetten die moet gaan bepalen hoe Google Analytics met jouw website communiceert. Deze code moet je op elke pagina van je website plaatsen. Als je niet technisch onderlegd bent, kun je dit het beste even bespreken met de host of bouwer van je website.

Stap 2. UTM's toevoegen

Voor iedere link die verwijst naar een (andere) pagina op jouw website, ga je UTM-tags toevoegen. Dat is in het begin even wennen, maar als dit op den duur een gewoonte wordt, ga je er sowieso de vruchten van plukken. Gelukkig hoef je de code niet telkens zelf helemaal uit te dokteren. Er zijn handige tools beschikbaar, die je werk uit handen nemen. 

A. Coosto

In Coosto kun je in het venster 'Nieuw bericht' kiezen voor de knop 'Genereer UTM URL'. Je vult dan de URL in waar je naartoe wilt linken, en voegt de UTM's toe die je hebt afgesproken. Coosto zorgt er dan voor dat de volledige URL mét UTM automatisch voor je wordt geplakt in je bericht. 

UTM-tags gebruiken op social media

B. Google Campaign URL Builder

Voor links die je op andere plekken plaatst dan social media, kun je ook de Google Campaign URL Builder gebruiken. Deze doet min of meer hetzelfde als Coosto. Het enige verschil is dat je de link nog even moet kopiëren en op de juiste plek moet plakken. 

C. Spreadsheet

Om overzicht te houden over al je UTM's en hun benamingen, is het aan te raden om ze ook allemaal te bewaren in Excel of Google Spreadsheets. Zo voorkom je dat je links in mails de ene keer de utm_medium 'email', en dan weer 'Email' of 'mail' meegeeft. Tip: je kunt dit soort utm-sheets op bepaalde websites eenvoudig downloaden. Sommige sheets laten je ook automatisch de UTM genereren of staan standaard ingesteld op drop-down-menu's, zodat je grip houdt op de categorieën en schrijffouten voorkomt.

Het is belangrijk om te weten dat UTM-tags niet vaststaan. Je bepaalt dus zelf of je een social media link onder utm_source 'socialmedia', 'social_media' of 'social' noemt. Google interpreteert deze drie dan allemaal als aparte categorieën. Je kunt je voorstellen dat je intern daarom goede afspraken moet maken over hoe je bronnen, media en campagnes precies noemt.

Stap 3. Tracken en analyseren

Volg hoe gebruikers vanuit je verschillende bronnen, campagnes, media zich gedragen op je website. Door maandelijks rapporten uit te draaien en combinaties van UTM's met elkaar te vergelijken, kom je erachter welke campagnes het meest bijdragen aan jouw doelen. Je leert welke advertentie-variant de meeste nieuwsbrief-inschrijvingen oplevert, je weet hoeveel mensen op een link in een e-mail klikken, en ga zo maar door.

Nogmaals, de mogelijkheden van UTM's zijn eindeloos. Het is aan jou om er een gewoonte van te maken telkens UTM's te gebruiken in je links. We beseffen dat dat nog niet zo gemakkelijk is in alle dagelijkse drukte. Coosto kan daar een geheugensteun en handig hulpmiddel in zijn, omdat je er eenvoudig automatisch je UTM's in maakt.