Uncategoried

Hoe krijg je meer interactie op LinkedIn?

Hoe lang is de ideale LinkedIn-update?

Een gemiddelde LinkedIn-post krijgt 1,58 comments (0,01 per duizend volgers, het minst van alle platformen). Maar als je met je LinkedIn-posts interactie nastreeft, zijn er slimme manieren om aan de goede kant van dat gemiddelde te eindigen. Een belangrijk aspect daarin is de lengte van je post-beschrijving. We zien dat de beste captions zo’n 700 tekens (of ongeveer 100 woorden) lang zijn. Tot de 700 tekens geldt ‘hoe langer, hoe beter’; daarna neemt de interactie weer af. Opvallend: de grafiek volgt nagenoeg hetzelfde patroon als we eerder voor caption-lengtes op Instagram zagen.

Een caption van 700 tekens vinden we vrij lang, maar in zo’n lange beschrijving kun je natuurlijk wel een uitgebreider verhaal kwijt. Méér vertellen dat uitlokt tot interactie, persoonlijkere verhalen delen. We moeten de verklaring voor de gestegen interactie waarschijnlijk vooral daarin zoeken.  

Een update op LinkedIn zou ongeveer 700 tekens moeten hebben.

Aantal comments per 1000 volgers

De gemiddelde LinkedIn-post in onze dataset krijgt ongeveer 1,58 comments, maar dat aantal verschilt afhankelijk van het aantal volgers. Bovendien zien we bepaalde keuzes (hashtag-gebruik bijvoorbeeld) variëren tussen pagina's met veel en weinig gebruikers. We hebben deze analyse daarom aangepast en meten telkens het aantal comments per 1000 volgers.

Emoji's in je LinkedIn-update: wel of niet toevoegen?

Slechts 4% van de door ons onderzochte LinkedIn-posts bevat één of meerdere emoji (ter illustratie: op Instagram is dit zo’n 83%). Wellicht logisch, op een professioneel platform als LinkedIn. Toch suggereert onze data dat emoji ook op LinkedIn nog niet zo’n slecht idee zijn. Posts met emoji behalen gemiddeld namelijk meer interactie dan de posts die het zonder emoji moeten stellen. Wel zien we op LinkedIn meer functionele emoji (bijvoorbeeld ?om een opsomming te beginnen, of ? om een mijlpaal of prestatie aan te geven) dan emotionele emoji (zoals ? ? of ?). Onze tip: experimenteer er eens mee om te zien wat voor jou werkt. 

Verwerk emoji's in je LinkedIn updates.

Moet je vragen stellen aan volgers op LinkedIn?

Dit lijkt een heel logisch punt, maar het schiet er bij de meeste marketeers nog wel eens bij in. Als je graag discussies, opmerkingen en antwoorden wilt: stel vragen aan je volgers! Door vragen expliciet te maken, kun je rekenen op meer interactie. 

Vragen stellen aan volgers op LinkedIn levert meer interactie op.

Gebruik geen hashtags op LinkedIn

Hashtags leveren je op LinkedIn niet meer interactie op. Sinds LinkedIn het gebruik van hashtags volledig is gaan ondersteunen in juli 2017, is het gebruik van hashtags op het platform flink gestegen. 35% van de door ons onderzochte posts bevatte minstens één hashtag. Toch zouden we het gebruik van hashtags op basis van deze data niet direct aanraden. 

Gebruik liever geen hashtags op LinkedIn.

Is het slim om een afbeelding op LinkedIn te plaatsen?

Een beeld zegt meer dan 1000 woorden, maar beter laat je dat beeld zien met een link preview. We zien dat een geüploade afbeelding namelijk niet voor meer interactie zorgt. Sterker nog, het gemiddelde aantal reacties daalt iets als je een afbeelding gebruikt. We lezen overigens op veel plekken dat het toevoegen van meerdere foto’s (in een album) wel goed zou werken. Wij konden dat niet checken, maar het is het experimenteren zeker waard! (Deze analyse is uitgevoerd binnen een andere dataset dan de overige LinkedIn-tips).

Gebruik geen afbeeldingen in LinkedIn updates.

LinkedIn is relatief ongevoelig voor vorm

Uit onze analyses van Instagram en X bleek dat vormaspecten (caption-lengte, aantal hashtags enz.) een zeer belangrijke factor zijn in het voorspellen van succes van posts en tweets. Als je berichten in een catchy vorm giet, genereer je gemiddeld tot wel 6x meer interactie. LinkedIn onderscheidt zich echter van Instagram en X in de zin dat het een professioneel platform is.

Dat zien we in onze analyse direct terug. De verschillen die we hier hebben gevonden zijn veel kleiner dan op andere platformen. LinkedIn draait om de inhoudelijke boodschap, en de vorm dient vooral de puntjes op de i te zetten. We hebben bijvoorbeeld ook onderzocht welke invloed een @-mention of URL in een post hebben, maar we vonden daar geen significante verschillen. 

Hoe ziet de ideale LinkedIn-update eruit?

De meest succesvolle LinkedIn-update is een lange update met een beschrijving van ongeveer 700 tekens, zonder hashtags, waarin een vraag wordt gesteld en waar emoji in gebruikt worden. 

Natuurlijk is het niet zo dat je alleen door deze tips ineens interactie-records gaat breken. Zie het als details die het verschil kunnen maken tussen een post die de interactie krijgt die hij verdient en een post die onmiddellijk voorbij wordt gescrold. Uiteindelijk blijft de inhoud verreweg het belangrijkst, zeker op LinkedIn. Als je niet relevant bent voor je volgers, gaan de bovenstaande tips je waarschijnlijk onvoldoende helpen. We hebben daarom in het whitepaper ‘In 6 stappen een succesvolle contentstrategie’ precies beschreven hoe je op social media relevant wordt voor je publiek.

Succes!

 

Uncategoried

Hoe introduceer je succesvol een nieuw product?

We gaan terug naar een succesvolle productlancering in het jaar 1963: het jaar waarin de nieuwe sneaker Adidas Stan Smith (toen nog ‘Halliet’ genoemd) werd geïntroduceerd. Een sneaker die in 2012 het levenslicht niet meer mocht zien: Adidas haalde het product uit de schappen omdat de verkoop al jaren tegenviel. Anno 2018 gaat er geen dag voorbij of ik kom een aantal Stan Smiths tegen op straat. Wat er gebeurde in de periode tussen 2012 en 2018? Adidas kwam met een agressieve social media campagne op de proppen, getarget op celebrities zoals Ellen Degeneres. Deze A-sterren kregen de schoenen met hun eigen portret op de tong van de schoen. Vanaf dat moment werd de schoen ongekend populair, en tot op de dag van vandaag zijn we besmet met dit virus. Hoe kan het dat een voorheen impopulaire sneaker ineens onderdeel uitmaakt van het straatbeeld? Hoe ontstaat zo’n sociale epidemie waar we ons aan lijken te onderwerpen?

Vragen waar het boek ‘The Tipping Point’ van Malcolm Gladwell antwoord op geeft. Het moment waarop een verschijnsel een zogenaamd ‘Tipping Point’ bereikt, is het kritische moment waarop een doorbraak kan plaatsvinden. Dat kritische moment voor de Stan Smith’s van Adidas komen ook in trendlijnen duidelijk naar voren:

Succesvolle productlancering van Adidas

Ook in de online berichtgeving rondom Stan Smith’s is een soortgelijke stijging waar te nemen:

Voorbeeld viral product Stan Smith

Malcolm Gladwell maakt onderscheid in drie factoren die ervoor zorgen dat een verschijnsel het zogenaamde ‘Tipping Point’ bereikt:

1. Law of the few
Gladwell begint zijn theorie met de ‘law of the few’. Het succes van elk soort sociale epidemie is sterk afhankelijk van de betrokkenheid van mensen met bepaalde specifieke social skills. Hij onderscheidt drie verschillende profielen:

Connectors
Connectors zijn personen die je verbinden met nieuwe mensen in hun netwerk. Het zijn het soort mensen die bepaalde boodschappen ver kunnen verspreiden. We scharen iemand onder een Connector als diegene veel mensen kent. Van die types die iedereen lijkt te kennen. In het geval van de Adidas Stan Smith’s waren de bekende sterren echte Connectors. We kunnen echter ook op kleine schaal Connectors terugvinden. In een onderzoek van Gladwell komt naar voren dat er in allerlei soorten bevolkingsgroepen mensen zijn wiens sociale cirkel vier of vijf keer zo groot is als die van de rest. Connectors zijn nieuwsgierig, zelfverzekerd, sociaal en energiek. Ze hebben een sleutelpositie om ervoor te zorgen dat een boodschap, product of dienst doorbreekt.

Toch zijn Connectors niet degenen die dergelijke boodschappen, producten of diensten zelf ontdekken. Daar waar Connectors ons verbinden met andere mensen, zijn het de Mavens die ons verbinden met nieuwe informatie.

Uncategoried

Social media en musea: in 3 tips naar het echte goud

1. Het vertellen van een verhaal

Nog te vaak worden social media in de culturele sector slechts gebruikt om nieuwe tentoonstellingen aan te kondigen of foto’s van exposities te laten zien. Zonde. Een museum is namelijk zoveel meer dan een ruimte met schilderijen, of kunstwerken. Musea vertellen eeuwenoude verhalen, die mensen boeien en binden. Maak hier dan ook gebruik van op social media en bied jouw volgers op social media iets extra’s. Vertel bijvoorbeeld een anekdote over het leven van een schilder of leg uit welk verhaal er schuilgaat achter dat ene pronkstuk. Neem je volgers en fans mee in een beleving, en maak ze op die manier enthousiast over je tentoonstellingen en exposities.

Een museum dat dit dagelijks toepast, is Gemeentemuseum Den Haag. In hun social media berichten lichten ze tentoonstellingen, exposities of pronkstukken uit door er een verhaal bij te vertellen. Ze roepen mensen niet alleen maar op om langs te komen, maar proberen mensen zodanig te prikkelen dat ze méér willen weten. En dat valt in de smaak bij het publiek. Als ik de laatste 10 social media posts namelijk naast elkaar leg, dan valt op dat berichten waarin een verhaal wordt verteld meer engagement krijgen. Onderstaand bericht is daar een voorbeeld van:

2. In gesprek gaan met fans

Social media zijn bij uitstek de plek om in gesprek te gaan met je volgers en fans. In de culturele sector is dit niet anders. Als ik een rondje maak langs verschillende Facebookpagina’s van musea, dan valt me op dat er relatief veel engagement plaatsvindt op social posts zelf. Dat blijft niet bij een ‘like’: er wordt ook uitgebreid gereageerd op berichten. Reacties waar lang niet altijd op gereageerd wordt door musea zelf. En dat is gemiste kans. Door juist in gesprek te gaan met enthousiaste fans, krijg je enorm veel waardevolle input. Stel vooral ook vragen terug. Valt de nieuwe expositie in de smaak? Zijn er verbeterpunten? Misschien komen er veel vragen binnen rondom een bepaalde tentoonstelling. Dat zou aanleiding kunnen zijn om een Q&A op te nemen op de website, óf een live Q&A te houden op Facebook. Een uitgelezen kans om te laten zien dat je inspeelt op de laatste trends en ontwikkelingen, en tevens een perfecte weerlegging voor het stigma ‘saai’ en ‘suf’.

Luchtvaart-themapark Aviodrome pakt dit goed aan. Ze reageert niet alleen op momenten dat er vragen binnenkomen, maar ook als iemand enthousiast reageert. Op die manier bouwt Aviodrome aan een community met écht betrokken fans, die op lange termijn kunnen veranderen in merkambassadeurs.

3. Inhaken op actualiteiten

Of de inhaakkalender alleen maar is weggelegd voor profitorganisaties? Absoluut niet. Inhaken mag, óók in de culturele sector. Je laat mensen namelijk op een andere, laagdrempelige, manier kennismaken met je organisatie. Daarnaast zijn alle ogen gericht op het nieuws of de gebeurtenis die plaatsvindt, waardoor je gemakkelijker je boodschap aan de man krijgt. Belangrijk is wel dat een inhaker voldoet aan een aantal eigenschappen. Vooral in de culturele sector is het belangrijk dat het lijntje met je merkwaarden heel duidelijk aanwezig moet zijn.

Museum van Loon heeft wat mij betreft een gouden inhaker te pakken met onderstaand bericht. Ze combineert een aankondiging van een nieuwe expositie met International Women’s Day, waardoor merkwaarden, actualiteit en timing elkaar feilloos raken.

Ook het DAF Museum is de moeite van het vermelden waard. Op 15 februari, de dag dat Sven Kramer tevergeefs voor goud ging op de 10 km, plaatste het DAF Museum deze post in de avond:

Een prima inhaker op een actualiteit, waarbij het lijntje met het DAF Museum overduidelijk aanwezig is.

De potentie is er: nu nog de volgende stap zetten

Social media in de culturele sector zijn anno 2018 een gemeengoed: elk museum heeft inmiddels wel een aantal social media kanalen. Toch is een succesvolle social media strategie écht niet alleen maar weggelegd voor grote spelers zoals het Rijksmuseum en het Van Gogh museum. Juist ook voor de relatief minder bekende musea ligt er enorm veel potentie online, waar momenteel nog lang niet alles uit gehaald wordt. Mijn advies: ga op zoek naar de parels van verhalen die in jouw museum te vinden zijn, en onderzoek hoe je deze verhalen op social media kan vertellen.

Een strategie is daarbij echt noodzakelijk: social media berichten zouden nooit op zichzelf moeten staan. Ze moeten bijdragen aan een achterliggende gedachte: het imago dat je wil uitstralen en de identiteit die voor zichzelf moet spreken. Besteed dus aandacht aan het maken van een strategie, en integreer daarin verschillende soorten contentvormen. Het voorkomt dat je schiet met losse flodders. Ga daarnaast proactief het gesprek aan met fans die enthousiast reageren. Stel ze vragen en laat weten dat je het enthousiasme waardeert. Blijf ook oog houden voor het visuele aspect. Een foto, genomen vanuit een goede hoek, triggert veel meer dan alleen een vooraanzicht van een schilderij of kunstwerk.

En ja: een succesvolle social media strategie vergt tijd en energie. Maar geloof me: het is goud waard op de lange termijn.

Uncategoried

Merken om in de gaten te houden op 1 april

De gebruikelijke inhakermerken als Hema, WNF, Coolblue en Chocomel liggen natuurlijk voor de hand, maar het is de moeite waard om deze merken ook eens in de gaten te houden:

1. Stabilo

Speciaal voor penkauwers kwam Stabilo met een pen met een smaakje (2017), en er was eerder de animatie-pen (2015). Deze spelvautpen van 1 april 2016 is echter een persoonlijke favoriet:

2. Etos
De drogist laat steevast van zich horen op 1 april. De speciale beauty-komkommer (2016) wist al wat glimlachen te creëren, maar met de speciale kikker-zetpil-paracetamol gingen de marketinghanden pas echt op elkaar. 

3. New York Pizza
De pizza-moviebox (2017) was goed, maar de pizza dating-app van 2016 was next-level inhaken. 

4. Warmteservice
De sanitair-specialist komt traditiegetrouw rond 1 april met een wel heel bijzondere nieuwe vinding. Van toiletstickers met eigen ontwerp (2016) tot babydouches (2015) en deze nieuwe manier van zonnebaden (2017):

5. Albert Heijn Gorredijk
Is inhaken op 1 april alleen geschikt voor de grote organisaties met veel volgers en grote budgetten? Nee hoor. Dat bewijst de AH-vestiging Gorredijk, die al enkele jaren de toplijstjes van The Best Social haalt. Zo verzonnen ze in 2016 een gratis carwash voor trouwe klanten en vorig jaar kwam dit zelfrijdende winkelwagentje ‘op de markt’. Zo’n gek idee nog niet.

Het kan ook misgaan
Inhaken is niet alleen een kans. Als de timing, boodschap of positiviteit niet on point is, kan het ook flink misgaan. Dat overkwam ijsmerk Ola, dat ruim een week voor april aankondigde dat het ijsje uit de schappen zou worden gehaald. De ‘1-april-sfeer’ zat er toen nog niet bepaald in, en de Ola-fans namen het serieus op. Ola zag zich genoodzaakt om nog vóór 1 april de commotie uit de lucht te halen, en dat deden ze – toegegeven – heel netjes. Toch glijd je natuurlijk liever niet uit over dit soort inhakers. In ons blog ‘de anatomie van een effectieve inhaker’ lees je waar je inhaker aan moet voldoen.

En soms blijkt het geen 1 april (meer) te zijn
Af en toe, héél af en toe worden grappen werkelijkheid. McDonald’s Delivery was ooit een geslaagde grap van Thuisbezorgd.nl, maar is inmiddels een geslaagde dienst van McDonald’s zelf. Noem het een voorspellende inhaker…

grap wordt werkelijkheid


De 1 april-inhakers met de meeste social buzz in 2017

1. Chocomel
2. Blond Amsterdam
3. Coolblue
4. Etos
5. D-Reizen

 

Uncategoried

Zo krijg je meer interactie op Instagram

Wat is het ideale aantal hashtags op Instagram?

Je kunt Instagram niet openen zonder overspoeld te worden met hashtags. Eén van de posts in onze analyse telde er in totaal maar liefst 76(!). Er wordt regelmatig beweerd dat het extreem gebruik van hashtags op Instagram een krachtige motor is voor interactie. Als we gaan bekijken hoeveel interactie gemiddelde Instagramposts krijgen per 1000 volgers, zien we dat die beweringen kloppen. 

De stijgende lijn toont aan dat je de meeste interactie kunt verwachten als je helemaal losgaat met hashtags. Onze analyse laat zien dat posts zonder hashtags zo’n 0,8 comments per 1000 volgers krijgen, terwijl posts met meer dan 10 hashtags ruim boven de 2 comments per 1000 volgers scoren (ter vergelijking: het gemiddelde van alle onderzochte posts ligt op 1,12 comments per 1000 volgers).

Bijzonder detail trouwens: als we het aantal volgers niet meenemen in onze analyse, zien we dat hashtags juist mínder interactie opleveren. We vermoeden dat het vooral de kleinere accounts zijn die zeer veel hashtags gebruiken, en dat de hele grote merken zich wat meer op de #vlakte houden. 

 

Het ideale aantal hashtags op Instagram

Meest gebruikte hashtags op Instagram:
Geo-informatie: #Rotterdam, #Amsterdam, #Nederland
Seizoen of (feest)dag: #Kerst, #Spring, #Pasen, #Zondag
Sfeerwoorden: #Happy, #Love, #Inspiration 
Beroep of activiteit: #Makelaar, #Klussen, #Interieurontwerp

Aantal comments per 1000 volgers

De gemiddelde Instagram-post in onze dataset krijgt ongeveer 11 comments, maar dat aantal verschilt enorm, afhankelijk van het aantal volgers. Bovendien zien we bepaalde keuzes (hashtag-gebruik bijvoorbeeld) relatief vaker bij pagina’s met weinig volgers. We hebben deze analyse daarom aangepast en meten telkens het aantal comments per 1000 volgers.

Hoe formuleer ik de ideale Instagram-caption?

Je doet er als merk goed aan om in te spelen op de ‘persoonlijkheid’ van een social platform. Instagram heeft een heel positief karakter, omdat mensen er vooral laten zien hoe fijn, avontuurlijk en geweldig hun leven is. Onze dataset lijkt dat karakter enigszins te bevestigen. Posts met een positieve beschrijving (caption), krijgen net wat meer engagement dan captions die neutraal of negatief zijn geformuleerd. Bij onze analyse van X zagen we juist dat negatieve tweets meer interactie opleverden. 

Positief sentiment op Instagram werkt.

Hoe lang is de ideale caption op Instagram?

Een beeld zegt meer dan 1000 woorden, maar een beeld maakt woorden nog niet overbodig. Juist de combinatie van beeld en tekst zorgt voor de ideale Instagram-post. Wat blijkt? De beste Instagramposts hebben een beschrijving van ongeveer 650 tekens. 

De ideale lengte voor een Instagram caption is ongeveer 650 tekens.

Moet ik mijn locatie taggen op Instagram?

Met hashtags geef je je foto een extra manier om zichtbaar te zijn voor iedereen op Instagram. Maar wist je dat hetzelfde geldt voor locatie-tags? Laat mensen weten waar de foto is genomen, zodat hij verschijnt in locatie-gebonden top-foto’s. Je kunt er net even wat meer engagement door verwachten.

Tag je locatie op Instagram.

Is het slim om emoji te gebruiken op Instagram?

Een platform waar mensen zo uitgesproken jubelen over hun leven, móet natuurlijk wel bol staan van de vrolijke emoji. Klopt helemaal. Bijna de helft van de posts die we analyseerden bevatte ten minste één emoji. We plotten de resultaten in onderstaande grafiek, en zien aan de trendlijn dat het gebruik van emoji inderdaad samengaat met meer engagement. 

Gebruik emoji's op Instagram.

Moet ik een link plaatsen in mijn Instagram-caption?

Wij marketeers zijn eigenwijze baasjes. We zoeken oplossingen waar ze niet zijn, en die creativiteit helpt meestal om ons doel uiteindelijk toch te bereiken. Maar soms keert die eigenschap zich tegen ons. Denk aan het linken naar externe websites op Instagram. Zonder gepromote post staat Instagram dit niet toe. Dat wil zeggen, het platform maakt links in je beschrijving niet klikbaar.

Maar waar een wil is, is een weg: tóch een link toevoegen blijkt helemaal niet zo’n gek idee voor je engagement. Het effect van links in bio’s hebben we niet kunnen meten.

Voeg geen link toe in de beschrijving op Instagram.

 

Hoe ziet de ideale Instagram-post eruit?

De perfecte Instagrampost heeft een positieve beschrijving van ongeveer 650 tekens lang, bevat véél hashtags en staat vol met emoji. Je tagt je locatie, en je voegt een link toe aan je post. . 

Natuurlijk is het niet zo dat je alleen door deze tips ineens interactie-records gaat breken. Zie het als details die het verschil kunnen maken tussen een post die de interactie krijgt die hij verdient en een post die onmiddellijk voorbij wordt gescrold. Uiteindelijk blijft de inhoud namelijk verreweg het belangrijkst. Als je niet relevant bent voor je volgers, gaan de bovenstaande tips je waarschijnlijk onvoldoende helpen. We hebben daarom in het whitepaper ‘In 6 stappen een succesvolle contentstrategie’ precies beschreven hoe je op social media relevant wordt voor je publiek. 

 

Uncategoried

5 belangrijke social media KPI’s die we vergeten te meten

1. Sentiment

Het gesprek op gang krijgen: het kan een van je doelstellingen zijn. Om dat te meten, denk je vooral in kwantiteit: hoeveel mensen praten er over ons product of dienst? Het is echter net zo belangrijk om te meten op welke manier er over je wordt gesproken én met welk sentiment dat gebeurt. Laten mensen zich positief uit? Of praten ze vooral negatief? Een belangrijke KPI om mee te nemen bij de analyse van – bijvoorbeeld – een social media campagne. Een groot bereik wil namelijk lang niet altijd iets positiefs betekenen. Neem het sentiment daarom mee op het moment dat je jouw social media activiteit gaat analyseren.

2. Indirecte vermeldingen

Berichten waarin je merk direct wordt benoemd – met bijvoorbeeld een @-mention – zijn gemakkelijk te vinden: je krijgt er immers een melding van. Toch wordt er ook over je merk gesproken online zónder dat je daar direct in wordt genoemd. Je wordt bijvoorbeeld niet vermeld met een @-mention, of iemand reageert op een tweet die over jou gaat. Die berichtgeving mis je volledig als je alleen leunt op de statistieken van je social media kanalen zélf.

Door al deze indirecte vermeldingen mee te nemen, krijg je veel meer zicht op de totale groep van mensen die praten over jouw merk. De inzichten en conclusies die je haalt uit je social media analyse worden daarmee veel betrouwbaarder. Hoe meer mensen er indirect over je praten, hoe groter je naamsbekendheid is. Je kan deze indirecte vermeldingen inzichtelijk maken met een social media monitoring tool.

3. Earned media reach

Het meten van bereik op je eigen social media kanalen is niet altijd afdoende. Helemaal als je een grotere campagne hebt opgezet waar je veel naamsbekendheid mee wilt genereren. Is de campagne opgepakt door externe media? Zo ja, voor welk bereik hebben die media gezorgd? Een KPI die earned media reach wordt genoemd. Het geeft aan hoeveel media-aandacht ‘gratis’ is gecreëerd door externe media, en wordt vaak berekend in social media tools

Earned media reach zorgt overigens ook helpt voor een bepaalde duiding. Als er door externe media in totaal 3 berichten zijn geplaatst over jouw social media campagne of bericht, lijkt dat misschien niet veel. De situatie verandert echter als diezelfde media voor 950.000 views zorgen. Duik je vervolgens in het sentiment en blijkt dat negatief te zijn, dan hebben dus relatief veel mensen negatieve berichten voorbij zien komen. En dat kan nooit de bedoeling zijn van een social media campagne.

4. Share of voice

Het stellen van doelen en het analyseren van je social media inzet is één, maar hoe bepaal je nou wanneer je écht succesvol bent? Het behalen van een media reach van 400.000 views is een prima prestatie als dat ook jouw doel was, maar hoe verhoudt dat resultaat zich ten opzichte van de markt? Of de concurrentie? Dat breng je in kaart door de share of voice te berekenen. Kort gezegd meet je met share of voice jouw social media aandeel ten opzichte van de markt waarin jouw bedrijf zich bevindt. Dat kan zijn in volume (het aantal berichten), maar ook in bereik (de hoeveelheid views).

Als blijkt dat jouw aandeel in de markt nihil is, dan kan het zijn dat je op social media (nog) niet optimaal presteert. Een belangrijk signaal, wat aanleiding geeft om je social media inzet onder de loep te nemen. Stel je zelf vragen: sluit de content wel goed genoeg aan bij de behoeftes van de doelgroep? Post je wel op de juiste tijdstippen? En wat doet de concurrentie waardoor ze een grotere share of voice hebben? Belangrijke vragen, waarvan je de antwoorden moet verwerken in je analyse én social media strategie.

5. Conversieratio

De tijd en energie die je besteed aan social media moet uiteindelijk wel wat opleveren. Door de KPI ‘conversieratio’ mee te nemen, dwing je jezelf als het ware om verder te kijken dan je social media bericht lang is. Een bericht kan namelijk goed scoren in bereik, likes en clicks, maar hoeveel procent van de mensen die je website hebben bezocht zijn daadwerkelijk tot ‘transactie’ overgegaan? Denk bijvoorbeeld aan het aanvragen van een offerte, een content download of het invullen van een contactformulier. Dat zijn uiteindelijk de personen die je ‘warm’ wil maken voor je product of dienst.

Voeg een UTM-code toe voegen aan de link die je op social media plaatst, en achterhaal 1) hoeveel verkeer vanuit social op jouw website is beland en 2) hoe hoog het conversieratio is. Op die manier zie je precies welke social media berichten hebben bijdragen aan conversies.

Tot slot

De kracht van KPI’s wordt pas écht duidelijk zodra je ze met elkaar gaat combineren, en dat vereist wel wat analytische skills van een social media specialist. Zo beantwoorden de KPI’s ‘sentiment’ en ‘auteurs’ de vraag wie er met jouw social media content interacteert én of ze er al dan niet positief over te spreken zijn. Probeer dus vooral verbindingen te zoeken tussen KPI’s en laat ze elkaar aanvullen. Een belangrijke kanttekening daarbij: KPI’s moeten altijd hulpmiddelen zijn om bovenliggende doelstellingen te meten. ‘Share of voice’ zou dus nooit een doel op zich moeten zijn. Het vergroten van naamsbekendheid daarentegen wel, en ‘share of voice’ is één van de manieren om die naamsbekendheid te meten.

Uncategoried

Content marketing in de B2B-markt: dit is waarom het nog niet van de grond komt

De verwachtingen zijn hooggespannen

We lijken de meeste moeite te hebben met het binden en behouden van prospects in de top van de sales funnel. Aan de ‘bovenkant’ is het een stuk moeilijker om grip te krijgen op deze potentiële klanten: het gedrag is namelijk veel onvoorspelbaarder. De kans dat je een prospect kwijtraakt bovenaan de funnel, is dan ook het meest aanwezig. Maar dat wil niet zeggen dat je zelf machteloos bent. Content marketing is een discipline die - in theorie - kan bijdragen aan binding met een prospect, en daardoor succesvolle leadgeneratie. Niet zo gek dat onderzoek laat zien dat content marketing de grootste trend is binnen B2B marketing. Maar liefst 86% wil met content marketing de doelgroep bereiken, 75% wil leads genereren en 63% wil de doelgroep binden. Mooie doelstellingen, die zeker te behalen zijn met content marketing. De verwachtingen zijn dan ook hoog, want in theorie klinkt het als een prachtig plaatje.

De praktijk blijkt echter weerbarstiger.

Het B2B Benchmarkrapport laat namelijk zien dat we vandaag de dag nog niet de gewenste resultaten uit content marketing halen die we eruit dachten te halen. Gevolg? We zijn ontevreden over de leadgeneratie en in 2017 is het percentage bedrijven dat content marketing inzet (68%) zelfs iets lager dan in 2016 (72%). Toch ligt dat niet aan content marketing zelf. De potentie voor bedrijven daarin blijft onveranderd. De crux zit ‘m in de uitvoering.

Waar gaan bedrijven de mist in?

Aan de ene kant zijn er veel bedrijven die zeggen aan content marketing te doen, maar uiteindelijk eindigen met het zenden van productspecifieke informatie. Ze proberen in elk stukje content iets van het product of de dienst te verwerken, en dat krijgt al gauw een commercieel karakter. Prospects zijn in de top funnel nog niet zover dat ze iets over je product of dienst willen lezen: behoeften zijn slechts latent aanwezig. Aan de andere kant heb je bedrijven die content marketing inzetten en van alles een beetje doen. Een blogje over X, een onderzoek over Y. Dat is echter ineffectief als het niet aansluit bij een specifieke doelgroep, die zich in een specifieke fase in de sales funnel bevindt.

Goede content marketing luistert dus nogal nauw. Met de hoeveelheid content die vandaag de dag wordt aangeboden, verbaast het me dan ook niet dat het creëren van unieke en onderscheidende content de grootste uitdaging is binnen content marketing.

Prospex
Bron: Prospex, B2B-Leadgeneratie Benchmarkrapport (2018)

Wat zijn de grootste valkuilen?

In de eerste plaats wordt content marketing te breed ingezet, in de hoop een zo groot mogelijke groep aan te spreken. Het zijn uiteindelijk losse flodders, die de prospects niet raken op de pijnpunten die er spelen. In de top van de sales funnel is het juist de kunst om de doelgroep te prikkelen, én zijn aandacht vast te houden. Dat gaat nooit lukken met onderwerpen die te hoogover zijn.

Die valkuil is eigenlijk het resultaat van het ontbreken van goede kennis over je doelgroep in combinatie met de angst om content te bieden die precies aansluit op de pijnpunten en uitdagingen van die doelgroep. Je wilt de concurrentie misschien niet laten zien dat je precies weet wat er speelt bij je doelgroep én hoe je daarop inspeelt. Maar die angst is onnodig. De buyer journey is namelijk veranderd: je prospects zijn al 60% door het salesproces heen voordat ze met jou in contact komen. Het internet is verzadigd met waardevolle informatie, dus je prospects gaan die informatie echt wel vinden. De kunst is alleen ervoor te zorgen dat je in diezelfde resultaten verschijnt, met content die zich toespitst op precies dát probleem waar je doelgroep tegenaan loopt.

3 tips voor succesvolle content marketing

Hoe kun je ervoor zorgen dat content marketing wél van de grond komt in jouw B2B-organisatie? Waar liggen kansen? Hoe moet je daarop inspelen? En welk resultaat zouden die inspanningen moeten opleveren?

  1. Maak de vertaalslag van product naar passie
    Laten we eerlijk zijn: in zekere zin weten we wel degelijk waar de klantbehoeften liggen. De uitdaging ligt meer in het veranderen van de denkwijze óver die klantbehoefte. Een ultra simpel, fictief voorbeeld is dat van doe-het-zelver Hans. Hans wil niet zozeer een boormachine (product) aanschaffen. Hij is de woonkamer aan het verbouwen, en wil graag één muur gebruiken om zijn zelfgemaakte schilderijen op te hangen (passie). Om ervoor te zorgen dat Hans jouw boormachine koopt, ga je ervoor zorgen dat je niet de boormachine, maar het gat in de muur verkoopt. En die denkwijze heeft invloed op de manier hoe je jouw content insteekt. Je gaat het niet meer hebben over je product (“Onze boor heeft een accu-capaciteit van 1,5 Ah!”), maar over de passie van je doelgroep. In het geval van doe-het-zelver Hans kun je hem misschien verder helpen met een artikel over de 5 meest essentiële klusbenodigdheden. Als bij hem eenmaal het belletje gaat rinkelen dat hij een boor nodig heeft, ben jij één van de partijen die bij hem top of mind zijn. Besteed dus de nodige tijd om de vertaalslag te maken van product naar passie, en ontdek waar je de klant écht mee kan helpen. De eerste stap om content marketing van de grond te krijgen.
     
  2. Breng elke fase van de sales funnel in kaart
    De behoeften en interesses van je doelgroep zijn verschillend, en afhankelijk van de fase waarin deze zich bevindt. In de top funnel is er meestal slechts een latente behoefte voor het product dat jij te bieden hebt. Terwijl je – zéker in de top en midden funnel – die latente behoefte manifest wil maken. Door elke fase van de sales funnel in kaart te brengen (waar loopt de doelgroep per fase tegenaan?), ben je in staat veel relevanter te zijn in de content die je biedt. Je gaat je content namelijk aanpassen op iedere fase én doelgroep.
     
  3. Schets een realistisch verwachtingspatroon
    Als B2B-bedrijf is de gerealiseerde omzet een van de belangrijkste graadmeters om succes in kaart te brengen. Begrijpelijk, maar het is moeilijk om in kaart te brengen welke bijdrage content marketing heeft geleverd aan die omzet. Het is daarom zaak om de juiste metrics te meten om op basis daarvan het succes van content marketing te bewijzen. Onderzoek laat bijvoorbeeld zien dat de koplopers in de B2B-markt niet alleen succes bepalen op basis van de omzet, maar bijvoorbeeld ook op het organiseren van workshops voor directies van prospects en delen van relevante kennis. En juist dát zijn zaken waar content marketing wel een bijdrage aan kan leveren. Schets daarom een realistisch verwachtingspatroon van content marketing, meet alleen die dingen die inherent zijn aan je inzet van content marketing.
     
  4. Zet marketing en sales bij elkaar
    Sales heeft uitstekende voelsprieten en weet wat er leeft in de markt. Ze zien en spreken prospects vaak, en weten daarom welke uitdagingen en pijnpunten er zijn. De haakjes die dat oplevert, zijn de haakjes waar marketing de jassen aan moet ophangen door relevante content te creëren. Er is daarom geen betere manier om te brainstormen over de passies van je doelgroep, dan door marketing en sales letterlijk bij elkaar in één ruimte te zetten. Laat ze met elkaar in gesprek gaan, en zoek naar manieren om elkaar te ondersteunen. Marketing en sales zouden immers dezelfde doelstellingen moeten hebben. Maak ze dan ook samen verantwoordelijk voor het behalen van die doelstellingen. Het genereren van kwalitatieve leads ligt dan bijvoorbeeld niet alleen maar bij marketing, maar hangt ook af van de input die sales aan marketing heeft gegeven. De ene afdeling kan echt niet zonder de andere: een sterke samenwerking is daarom key om content marketing van de grond te krijgen.

Het uiteindelijke resultaat

Dat content marketing nog niet genoeg van de grond komt in de B2B-markt, is een belangrijk signaal. Kennelijk zien we er wel potentie in, maar weten we het nog niet goed genoeg tot uitvoering te brengen. Dat is veelal te wijten aan de opvatting die we in het algemeen hebben over content marketing. Het creëren van goede content is bovendien een vak apart. Dan hebben we het niet over het schrijven van een tekstje over productkenmerken in de hoop om snel te scoren. Nee, goede content is toegespitst op specifieke behoeften en interesses én richt zich op verschillende fases in de sales funnel. Zet je content marketing op die manier in, dan draagt het bij aan relevanter contact met de klant en aan een betere relatie met je prospects. Je bent namelijk niet langer een leverancier van een product of dienst, maar je positioneert jezelf als partner die altijd klaar staat om een helpende hand uit te steken.

De resultaten komen echter niet vanzelf. Er zal eerst een verandering van denkwijze moeten plaatsvinden. Marketing en sales moeten de koppen bij elkaar steken om zo effectief samen te werken. Je zult uiteindelijk zien dat content marketing daardoor niet alleen beter van de grond komt, maar ook gaat bijdragen een effectievere leadgeneratie.

En dat is uiteindelijk waar we het voor doen.  

Uncategoried

Checklist: 4 vragen om te bepalen of je moet inspelen op een trend

Dat zette me aan het denken.

 

Want geldt dat niet eigenlijk ook voor trends en ontwikkelingen? Elke dag verschijnen er weer artikelen en blogs over de laatste trends binnen AI, customer service of content marketing. Of op grotere schaal: er verschijnen nieuwe social media platformen waar we natuurlijk als eerste op aanwezig willen zijn. Aan de ene kant logisch: we willen namelijk niet achterop lopen. Toch lijken we als marketeers onze kritische blik te verliezen zodra het over trends gaat. We denken dat we overal in mee moeten gaan, maar in werkelijkheid kun je veel trends van je lijstje strepen. Ze zijn gewoonweg niet relevant, passen niet bij je business of zijn niet interessant genoeg voor je bedrijf. Hoe bepaal je of je als bedrijf een trend zou moeten volgen? Ik zet 4 vragen op een rij.

  1. Past het bij je bedrijf?
  2. Ik kan het niet genoeg blijven zeggen: blijf altijd terugpakken op de merkwaarden en identiteit van je organisatie. Het zijn je drijfveren, je bestaansrecht. Die merkwaarden zouden niet alleen centraal moeten staan in je strategie, maar ook top-of-mind moeten zijn zodra je keuzes gaat maken gaandeweg. Al dan niet inspelen op een trend is zo’n keuze waarbij de identiteit van je bedrijf één van de uitgangspunten moet zijn.
  3. Een bedrijf dat haar identiteit heel sterk uitdraagt, is Srprs.me. Het online reisbureau vindt het onwijs belangrijk om de reiziger altijd op de eerste plek te zetten. Technologie komt op een tweede plaats. Om die reden wordt het reisbureau niet direct warm van de meest recente ontwikkeling: chatbots. Een technologische ontwikkeling waar zodanig veel over wordt geschreven, dat het lijkt alsof je daar als bedrijf bijna niet meer omheen kan. Srprs.me kan er  wél omheen. Het verrassen van de reiziger blijft bij het bedrijf namelijk altijd op de eerste plek staan. Op het Social Service Congres in 2017 – waar chatbots de boventoon voerden – was de boodschap van Srprs.me dan ook compleet tegenovergesteld. Eerst komt de reiziger aan de beurt, daarna de rest. Daarmee positioneert het online reisbureau zich sterk.
     
  4. Past het bij je doelgroep en klanten?
  5. Als het goed is, heb je jouw doelgroep volledig in het vizier. Misschien heb je een kwalitatief doelgroeponderzoek gedaan, of heb je jouw doelgroepprofielen verrijkt met social media data. In beide gevallen heb je in ieder geval een beeld van de interesses en behoeften van je doelgroep. Je weet wanneer ze online zijn, waar ze blij van worden en welke media ze gebruiken. De vele trends die voorbijkomen zijn echter niet gebaseerd op de interesses en behoeften van je doelgroep, maar veel vaker op het gedrag van een grote groep. Of op  technologische ontwikkelingen. En die ontwikkelingen hoeven niet aan te sluiten bij jouw doelgroep.
  6. Ik neem als voorbeeld een trend die zich in 2018 nog verder gaat ontwikkelen: virtual reality (VR) en augmented reality (AR). Facebook en Apple zijn druk bezig om VR en AR beschikbaar te maken voor het hele publiek. Als je als marketeer dergelijke ontwikkelingen volgt, is de kans groot dat je denkt: “Hier moeten we wat mee!”. Tóch kan het zijn dat je doelgroep helemaal niet zo vatbaar is voor deze technologie. Het zijn misschien laggards in plaats van early adopters, waardoor je deze trend als marketeer rustig aan je voorbij mag laten gaan. Houd daarom altijd het gedrag van je doelgroep in de gaten.
model
  1. Gaat het je product, dienst of proces verbeteren?
  2. Een andere, belangrijke randvoorwaarde die kan bepalen of je moet inspelen op een trend: de optimalistie van je product. Maakt een bepaalde trend je product of dienst beter? Sluit het aan bij een behoefte van je doelgroep? Kun je je ermee onderscheiden van concurrentie? Of blijft het bij een leuke ‘extra’, een ‘nice to have’? In dat laatste geval is het goed om kritisch te kijken of je wel écht moet investeren in de ontwikkeling.
  3. Een voorbeeld van een trend die je product of dienst wel degelijk beter maakt, is account based marketing. Bij deze marketingstrategie identificeer je potentiële klanten op basis van hun achtergrond in bepaalde markten of bedrijven. Door het identificeren kun je jouw online campagnes heel specifiek en persoonlijk insteken, waardoor je veel relevanter wordt voor je doelgroep. En dat ga je uiteindelijk terugzien in de resultaten.
     
  4. Hoe duurzaam is de trend?
  5. Bij de laatste vraag staat het verschil tussen een trend en een hype centraal. Een trend is een ontwikkeling, een richting op de langere termijn. Een hype daarentegen, is iets nieuws dat tijdelijk sterk de aandacht trekt, maar in de praktijk weinig voorstelt. Om die reden leent een hype zich perfect voor een scherpe inhaker of campagne, maar minder voor het maken van strategische keuzes. De kans is immers groot dat diezelfde hype na een bepaalde tijd weer is afgekoeld. In theorie is het verschil tussen een trend en een hype relatief gemakkelijk te duiden, maar in de praktijk blijkt dat toch weerbarstiger.
  6. Om die reden is het belangrijk om een kosten-baten plaatje te maken. Wat voor investering moeten we doen als we mee willen gaan met een bepaalde ontwikkeling? Neem bijvoorbeeld de belangrijkste ontwikkeling in de B2B-markt momenteel. Gaat die investering zich terugverdienen? En op welke termijn gaat die zich dan terugverdienen? Als blijkt dat een grote investering op de lange termijn geen resultaten oplevert, is de kans groot dat je te maken hebt met een hype. Prima om op in te haken met low efforts, maar niet verstandig om strategische keuzes op te baseren.

Trends en ontwikkelingen: het blijft voor de marketeer de kunst om kritisch te blijven. Probeer altijd terug te gaan naar de 4 vragen in dit blog, en maak op basis daarvan een keuze. Het is daarbij ook belangrijk om als marketeer stevig in de schoenen te staan. De kans is namelijk groot dat niet alleen jij de laatste ontwikkelingen op de voet volgt, maar je collega’s of het management ook. Als zij dan bij jou peilen of je al druk bezig bent met augmented reality, social shopping of chatbots, is het aan jou de taak om te onderbouwen waarom daar al dan niet een focus op ligt.

Uncategoried

24 social media tips voor effectieve social selling

Je hebt gelezen wat de belangrijkste ontwikkeling is in de B2B-markt, en wilt naar aanleiding daarvan aan de slag met social selling. De meest gestelde vraag die ik dan krijg, is: ‘Welke social media moet ik gebruiken?’. Geen gekke vraag, het liefst wil je namelijk vandaag nog aan de slag met social selling. Maar social selling is méér dan alleen LinkedIn (Sales Navigator) of Twitter. Ook media zoals Instagram, en in sommige gevallen zelfs Facebook, lenen zich ervoor. Het ligt echter helemaal aan de branche waarin je actief bent en waar je doelgroep zich online bevindt.

Social media zijn slechts een middel om je doel te bereiken

Op basis van je branche, doelgroep, onderwerp en mogelijkheden van het social medium maak je een keuze voor social kanalen. Belangrijke kanttekening: zie social media altijd als een middel - en geen doel. Ja, bij social selling draait het om ‘social’, maar niet om social media. Kanalen zoals Twitter en LinkedIn zijn slechts middelen waarmee je communiceert. Dat wat je óp die kanalen gaat plaatsen en hoe je de kanalen gaat inzetten, is veel belangrijker. Houd je daar geen rekening mee, dan schiet je aan het doel van social selling voorbij. Daarom zetten we een aantal best practices per kanaal voor je op een rij.

Social media tips voor social selling

Uncategoried

5 inspirerende social media content formats

1. Blendtec: Will it blend?

Een goede contentformule heeft het verhaal er niet te dik bovenop liggen, maar vertelt het impliciet. Dit trucje heeft Blendtec, een Amerikaans bedrijf dat blenders produceert, goed in de vingers. De mensen bij Blendtec hebben zich afgevraagd hoe ze op een vermakelijke manier kunnen aantonen dat hun Blendtec-blenders extreem krachtig zijn. Door te vertellen dat ze gemaakt zijn van het beste materiaal? Door blogs te schrijven over de techniek die achter de blenders schuilgaat? Niet echt het lezen waard voor het publiek. 

Hun oplossing? Will it blend. In dit video-format stopt Blendtec de vreemdste producten in hun blender, met als enige vraag: gaat het de Blendtec-blender lukken om dit product aan gort te malen? In de meeste gevallen is het antwoord een overtuigende ‘ja’, waarmee de kracht van de blender wordt bewezen. Het verslavende aspect van dit soort video’s is de intrinsieke weddenschap die de kijker met zichzelf aangaat (‘Het zal toch niet zo zijn dat zelfs een Ford Fiesta fijngemalen kan worden…?’), waardoor hij wel móet klikken. Het resultaat: hun meest bekeken video heeft 18 miljoen weergaven, en het kanaal van Blendtec tikt bijna de miljoen abonnees aan. 

2. Transavia: Jer & Mir reageren

In dit video-format laat Transavia de mensen achter haar webcare zien, om aan te tonen dat hun service vriendelijk en goedlachs is. Ze slaan hiermee twee vliegen in één klap, omdat ze tegelijkertijd informatieve vragen behandelen die voor een groter publiek interessant zijn. De combinatie van educatie en amusement kijkt prettig weg en zorgt ervoor dat je graag doorklikt naar een volgende aflevering. 

Het idee van ‘talking heads’ die gefilmd worden terwijl ze zelf bepaalde muziek, beelden of andere ervaringen te verwerken krijgen, is allesbehalve nieuw, maar slaat wel vrijwel altijd aan (zie hier, hier of hier). Het knappe van ‘Jer & Mir reageren’ is dat Transavia haar informatieve boodschap naadloos in een vooral als entertainment gebruikt videoformat heeft ingepast.

3. Ajax: FIFA skill games

Ajax heeft met de FIFA skill games een bijzonder inspirerende vondst gedaan: een spin-off van een ander format, in dit geval het computerspel FIFA. En met succes. Elke week traint een andere Ajax-selectiespeler op oefeningen die kijkers zelf kunnen spelen in FIFA. De beelden van deze training verschijnen elke donderdag op hetzelfde tijdstip op het YouTube-kanaal van de Amsterdamse voetbalclub en worden zo’n 50.000 keer bekeken.

De kracht van dit content format zit vooral in een haarscherpe publieksanalyse. De groep die Ajax via YouTube probeert aan te spreken is vanzelfsprekend Ajax-fan en overwegend jong. Omdat de gemiddelde FIFA-speler ook deze jonge voetbalfan is, bestaat er een grote overlap tussen FIFA-spelers en Ajax-fans. Het samenbrengen van die twee interesses (FIFA en Ajax) was geen schot voor open doel, maar blijkt toch een voltreffer. 

4. DELA: Herinneringstattoo

DELA bewijst dat een indrukwekkend en vindingrijk content format niet per se video hoeft te zijn. De uitvaartverzorger/-verzekeraar wil er met haar content voor zorgen dat mensen een moment nemen om stil te staan bij de dood en wat die allemaal betekent. Het is best een uitdaging om dat bij jongvolwassenen te bewerkstelligen.

Toch weet DELA het voor elkaar te krijgen op Instagram, met ‘de herinneringstattoo’. Dit format bestaat uit jonge mensen die aan de hand van hun nagedachtenis-tatoeage vertellen over herinneringen aan een overleden dierbare. DELA linkt daarbij naar een uitgebreider blog-verhaal voor de mensen die gegrepen zijn door de foto. De kracht van dit format zit in de manier waarop DELA het weet over te brengen – ingrijpend en droevig, maar tegelijkertijd mooi, klein en persoonlijk. 

 

'Doe wat je wil Ed, chase your dreams want het kan zomaar over zijn'. Edgar over zijn tattoo ter nagedachtenis aan zijn klimvriend Martijn, lees zijn verhaal nu op het blog #voorelkaar? #voorelkaar #tattoe #herinneren #remember #friendsforlife #alpes #climbing #grandesjorasses

Een bericht gedeeld door coöperatie DELA (@delacooperatie) op 9 Nov 2017 om 6:08 (PST)

5. Heijmans

Content formats alleen voor B2C? Altijd visueel? Nee hoor. Bouw- en vastgoedondernemer Heijmans wil graag bouwprojecten en werkzaamheden van medewerkers voor het voetlicht brengen. Dat is natuurlijk relevante content voor bedrijven die overwegen Heijmans in te schakelen. Maar een uitgebreide uiteenzetting in een blog van 3000 woorden is nogal stevige kost en saai om te lezen.

Heijmans verpakt deze verhalen daarom op haar website in een kort en overzichtelijk vraag-antwoordgesprek, als het ware een Whatsapp-gesprek. Compleet met emoji, afbeeldingen en taalgebruik dat je ook zomaar in een app-gesprek met je vrienden kunt terugvinden. 

Niet meteen een baanbrekend format, maar wel inspirerend om te zien dat je verhaal met kleine vormveranderingen al een stuk interessanter en toegankelijker wordt. Zo zie je maar weer dat ook organisaties met kleinere budgetten frisse content formats kunnen bedenken.

format Heijmans

Ziezo. 5 content formats die je helpen om jouw creatieve proces op gang te krijgen. En je ziet, B2B of B2C, een sexy product of een beetje stoffig, veel budget of weinig: iedereen kan originele content formats ontwikkelen. Dat laten deze voorbeelden van contentmarketing in bredere zin ook wel zien. 

Let wel op dat het creëren van content formats niet de eerste stap is in je strategie-ontwikkeling. Het succes van een contentformule is namelijk afhankelijk van je doelstellingen, unieke expertise en publieksanalyse.

Uncategoried

5 tips voor een krachtige social media rapportage

Laat zien hoe social media bijdraagt aan bedrijfsdoelstellingen

Heldere, complete social media rapportages zijn dus essentieel. Wellicht dat je al bezig bent met het in kaart brengen van de statistieken van je socials. Misschien heb je zelfs al resultaten gedeeld met de rest van de organisatie. Een goed begin, maar je zult merken dat veel social media rapportages uiteindelijk op de grote stapel belanden. Waarom? Social media statistieken worden nog te vaak zonder samenhang gepresenteerd. Denk bijvoorbeeld aan likes, retweets of het aantal volgers. Het zijn leuke feitjes, maar hoe verhouden die zich ten opzichte van de bedrijfsdoelstellingen? Of de algemene marketingdoelstellingen? Je bent niet begonnen met social media om likes en retweets te behalen, maar om een bijdrage te leveren aan een doel. En juist daar zit de kracht van een goede rapportage. Laat zien hoe social bijdraagt aan de overkoepelende doelstellingen binnen het bedrijf, en zorg er daarmee voor dat social media de aandacht krijgt die het verdient. Om je op weg te helpen, geef ik 5 tips die je helpen een krachtige rapportage te maken.

1. Maak onderscheid in soort rapportage

Er zijn verschillende soorten rapportages, waardoor het belangrijk is een keuze te maken. Kies voor een eenmalig rapport als je het succes van een campagne of event wilt laten zien. Liever de organisatie op de hoogte houden van de voortgang op social media? Zorg dan dat je een terugkerend rapport maakt, dat je bijvoorbeeld elke maand deelt met interne stakeholders. Het is echter ook mogelijk om een real-time rapportage te maken – en gebruiken. Denk bijvoorbeeld aan een dashboard met daarin je social media activiteit: ideaal om te gebruiken op de afdeling bij je social media team, of op een event.  In de zeldzamere gevallen kun je ook kiezen voor een onderzoeksrapport, waarin een specifieke vraag of probleem wordt beantwoord.  Hoe dan ook: maak een keuze die past bij het doel én de doelgroep voor wie de rapportage is bedoeld.

2. Laat de KPI’s los

KPI’s zijn heel waardevol voor een marketingafdeling, maar minder interessant als je gaat rapporteren aan de directie. Daarbij zouden KPI’s ook nooit een doel an sich moeten zijn, maar meer een middel om tussentijdse inzichten te vergaren en bij te sturen. Als de marketingdoelstelling ‘Leadgeneratie’ is, dan kan de paginaduur of het bouncepercentage een KPI zijn om die marketingdoelstelling te meten. Maar focus in een rapportage juist op je hoofddoelstellingen. Hoeveel nieuwsbrief-inschrijvingen heb je gekregen dankzij je social media inzet? Hoeveel trial-aanvragen zijn er binnen gekomen via social? Hoeveel websitebezoekers heb je gehad via social media? Juist dát zijn de inzichten die een betrouwbaar beeld geven hoe social media heeft bijgedragen aan het grotere geheel.

3. Focus op de belangrijkste doelstellingen

Ik stipte het net al kort aan: focus in je social media rapportage op de belangrijkste doelstellingen. Om terug te komen op leadgeneratie: laat het aantal sessies op je website links liggen als je gaat rapporteren aan het management. Dat zijn KPI’s die alleen waardevol zijn voor je marketingteam. Maak daarentegen inzichtelijk hoeveel leads je hebt opgeleverd dankzij social media en vergelijk het vooral: per maand, per kwartaal of misschien zelfs per jaar. Alleen dan wordt duidelijk of er al dan niet een stijgende lijn te ontdekken valt.

4. Zorg voor vaste frequentie

Als social media echt nog een plek moeten veroveren binnen je bedrijf, dan is het belangrijk om frequent te rapporteren. Niet sporadisch een getalletje communiceren, maar vaste momenten creëren. Je wilt immers een tendens laten zien. Zorg er daarbij voor dat het management weet wanneer ze een rapportage kan verwachten, en maak die verwachting vervolgens ook waar. Heel belangrijk bij het creëren van draagvlak in de organisatie.

5. KISS: keep it short and simple

Als marketeer ben je waarschijnlijk hartstikke enthousiast en wil je zoveel mogelijk je successen vieren. Het aantal sessies is omhooggegaan, de bouncerate is een stuk lager, het bereik van die ene post ging door het dak en de tweet van dinsdag leverde veel clicks op. Deel je te veel (irrelevante of kleine) resultaten, dan is de kans groot dat er voor een leek geen touw meer aan vast te knopen is. Houd een rapportage daarom overzichtelijk. Kies alleen statistieken die de impact van social media weergeven. In één oogopslag moet duidelijk zijn wat de cijfers zeggen: laat geen ruimte over voor vrije interpretatie.

De social media rapportage is af: en dan?

Je hebt alle 5 tips gevolgd, en je social media rapportage is af. Fijn natuurlijk, maar dan ben je er nog niet. Resultaten laten zien is één, maar nog interessanter zijn de inzichten en actiepunten die erop volgen. Vooral voor jezelf een essentiele stap als je jouw social media inzet wilt optimaliseren. Zet daarom de belangrijkste inzichten op een rij en formuleer concrete acties die je gaat ondernemen. Heb je signalen ontdekt die kunnen leiden tot verbetering van je product of dienst? Blijkt je doelgroep niet actief te zijn op Facebook waardoor je je focus gaat verschuiven naar een ander kanaal? Ga je verder met livestream-experimenten, omdat ze succesvol lijken te zijn? Verwerk in elke rapportage een dergelijk actiepunt of learning en behandel in de rapportage daarna wat je ermee gedaan hebt: zo maak je de cirkel rond.

Hoe maak je een contentkalender

 Hoe maak je een contentkalender?
 
Hoe vertaal je een social media strategie naar de praktijk? Welke content ga je precies maken? Met het Hero-Hub-Help-model hoeft het geen taak te zijn om tegenop te zien.

 

 

Uncategoried

3 taken voor de manager die met social media aan de slag wil

1. Draagvlak creëren

Je allereerste zorg als je wilt gaan starten met social media: het creëren van draagvlak in de organisatie. Social media is namelijk niet zomaar een marketingkanaal dat je ‘er even bij doet’. Het vereist bereidheid tot investeringen en realistische verwachtingen van de ROI ervan. Het Content Marketing Institute zocht uit wat de factoren zijn die bepalen of een organisatie succesvol is in social media. Draagvlak bleek een absolute voorwaarde. 

Als je ervoor wilt zorgen dat social media een belangrijkere plek krijgt in je organisatie, is het belangrijk om de organisatie klaar te stomen. Het geloof in het nut van social media en contentmarketing is namelijk nog allesbehalve vanzelfsprekend. Daarom doe je er goed aan managers die budgetten kunnen vrijmaken, mee te nemen in de wereld van social media. 

Wat kun je daarin concreet doen? Laat bijvoorbeeld in korte presentaties en gesprekken zien wat het potentieel is van social media en toon alvast welke voorzichtige resultaten jij er zelf mee boekt. Rapporteer iedere keer als er extra tijd of geld in social media wordt geïnvesteerd, wat die uren en euro’s opleveren. De beste motivator is namelijk resultaat. Zorg er daarom voor dat iedere relevante interne stakeholder zicht heeft op de mate waarin je als team op weg bent om je doelstellingen te behalen. Zo creëer je een gemeenschappelijk doel en bouw je aan een stevige basis van vertrouwen in je team of medewerker.   

2. Faciliteren

Als je het gevoel hebt dat er voldoende draagvlak is, is het zaak om je team (of medewerker) zodanig te faciliteren dat het zijn werk goed kan doen. In een managerfunctie betekent het dat je verantwoordelijk bent voor een goede werksfeer en werkdruk, en dat je hen voorziet van passende software, trainingen en opleidingen.
Drie software-gerelateerde zaken die je absoluut niet mag vergeten:

  • Een veelzijdige website. Je website zal in 99% van de gevallen het belangrijkste kanaal zijn voor je contentstrategie. Een goed en betrouwbaar cms (content management system) dat achter de website schuilgaat, is daarom bepaald geen overbodige luxe.
  • Social media management software. Hiermee kan je team inspiratie opdoen voor content formats, efficiënt content plannen en publiceren, en deze content vervolgens analyseren en verbeteren.
  • Een goede inrichting van je website-statistieken (zoals Google Analytics). Waar je de social media management software gebruikt als manier om je social media content te analyseren en te verbeteren, doet Google-analytics dat voor de content op je website.

3. Zelflerend vermogen aanbrengen

De kans is groot dat je niet alléén een social media manager bent. LinkedIn vertelt ons namelijk dat het aantal breder georiënteerde communicatie- en marketingmanagers veel groter is dan dedicated social media managers. Dat betekent dus dat social media voor de meeste managers slechts een deel van hun verantwoordelijkheden behelst. 
Met die verantwoordelijkheden wil je natuurlijk efficiënt omgaan, want het aantal uren dat je bezig kunt zijn om je team aan te sturen is beperkt. Daarom is het belangrijk dat je zelflerend vermogen aanbrengt in je team. Zo zorg je ervoor dat een social media team een zelfstandige eenheid wordt, automatisch leert van fouten en verder gaat met succesvolle ideeën. 

Daarin is vooral de rol van analist een belangrijke. Jij als manager moet ervoor zorgen dat hij/zij de vrijheid, tijd en tools (zie ‘faciliteren’) krijgt om data in te duiken. Welke content levert veel interactie op? Welke wordt veel gelezen? Welke draagt bij aan de doelstellingen en welke content niet? Als de analist – onafhankelijk van persoonlijke voorkeuren – de antwoorden op deze vragen kan geven, kan hij die inzichten gebruiken om bijvoorbeeld de tone-of-voice, het merkverhaal of de kanalen aan te scherpen. 

Geen exacte wetenschap
Het managen van social media is geen exacte wetenschap. Daarom is het goed om deze drie hoofdverantwoordelijkheden in het achterhoofd te houden en verder vooral je managers-instinct te volgen. Heb je eenmaal een team op poten staan? Zorg er dan voor dat je jouw medewerker(s) procesmatig ondersteunt en ze zo min mogelijk inhoudelijk aanstuurt. Op die manier haal je het beste in je team naar boven. En hoe je het ook wendt of keert, dat is uiteindelijk de doelstelling van iedere manager.